De 2e week van de Giro: vluchterskansen, klimmen naar skioord en mini-Lombardije

Wie het routeboek voor week 2 bestudeert, doet er goed aan om in de Garibaldi ook al eens door de derde week te bladeren.

De slotweek herbergt namelijk 4 (lood)zware bergritten, een tussendoortje voor de sprinters en een afsluitend criterium in Rome.

Wie geen berggeit of sprinter is, moet zijn slag dan ook in deze tweede week slaan.

Aanvallers, baroudeurs en andere avonturiers: deze kansen liggen op jullie te wachten!

Openen we de week met een welles-nietesspel?

Een klim van 2e categorie en 2.600 hoogtemeters richting de Toscaanse kust lijken te zwaar voor de (ras)sprinters, maar de moeilijkheidsgraad ligt duidelijk in de eerste helft van deze 10e etappe.

Na de top van de Passo delle Radici is er nog meer dan 100 kilometer om iets recht te zetten. 

Als er dinsdag niet gesprint wordt, dan lijkt ook woensdag een risicoaandeel. 

De langste etappe van deze Giro - liefst 219 kilometer - is ook weer 2.100 hoogtemeters rijk, maar de bulten zijn minder robuust dan dinsdag.

Krijgen we in de sterfplaats van Fausto Coppi eindelijk een koninklijke sprint zonder turbulentie? Iedereen aan de leiband houden, wordt geen evidentie. 

Ze zullen het ons niet kwalijk nemen, maar we hechten donderdag weinig geloof in de kansen van de snelle mannen. Tenzij de sterkste bonken zelf aan boord glippen van een groepje vluchters.

Nabij Turijn - waar Bora-Hansgrohe vorig jaar hard uithaalde - is een circuit uitgetekend met de Colle Braida als scherprechter. Ook de roze zwaargewichten zullen er zeker aan zet zijn.

Een showdown tussen de kanjers zullen we sowieso krijgen: niemand kan nog verstoppertje spelen, de verhaallijnen voor het vervolg van de Giro zullen vrijdag na meer dan 5.000 hoogtemeters uitgetekend worden.

Deze Giro kampeert in de Laars, maar de 13e etappe maakt toch een eenmalig uitje naar Zwitserland.

Al zal het peloton niet de geplande route naar de Grand Saint-Bernard volgen. Het brok venijn van 34 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 5,5 procent wordt ingekort door de hevige sneeuwval.

In plaats van de volledige beklimming zullen de renners door de 600 meter lager gelegen tunnel rijden. Het dak van de Giro, de Cimma Coppi, wacht dus pas in de 3e week met de klim naar Tre Cime di Lavaredo.

De volgende hartige hap, de Croix de Coeur, is met een gemiddelde van 8,8 procent een steile kuitenbijter van 15 kilometer.

Als toetje moet er na een lange afdaling en een intermezzo in de vallei nog geklommen worden naar het skioord Crans Montana (7,2 procent gemiddeld). 

Ook bij het voorlaatste weekend van deze Giro is het hinken op twee gedachten. Hoe hard wordt er gekoerst op de Passo del Sempione? 

Na de top van die col op een hoogte van 2.004 meter rest het peloton nog bijna 140 kilometer om een kopgroep bij elkaar te vegen. 

Het startschot weerklinkt zaterdag overigens in Sierre, de Zwitserse plek die voor altijd een gitzwarte rand zal hebben na de busramp met Belgische schoolkinderen in 2012.

Na een vleugje Tirreno-Adriatico met de Muri-rit ronden we de tweede week af met een knipoog naar de Ronde van Lombardije.

Het peloton cirkelt via enkele lussen rond Bergamo, dat een beurtrol heeft met Como als aankomstplaats van Il Lombardia.

Finishen doen we na traditionele stadsklim over de keitjes. Tadej Pogacar was er in 2021 de sterkste in het laatste monument van het seizoen. Primoz Roglic werd dat jaar 4e.