Rivaldo hangt voetbalschoenen aan de wilgen

Rivaldo lanceerde zijn carrière in eigen land, bij Santa Cruz. Echt ontbolsteren deed de Braziliaan vijf jaar later, in 1996, toen hij de kleuren van Deportivo La Coruña verdedigde.

Als centrale middenvelder maakte hij in Galicië zodanig furore, dat Barcelona het goudhaantje een seizoen later al naar Camp Nou haalde. Rivaldo gidste de Catalanen naar twee landstitels en pikte er ook de Copa del Rey en de Europese Supercup mee.

Die adelbrieven zag hij in 1999 bekroond met de Gouden Bal en de Trofee voor de Wereldvoetballer van het Jaar. Het jaar daarvoor greep Rivaldo in het Stade de France nog naast de wereldtitel tegen een wervelende Zidane.

Vier jaar later (2002) schoot hij wel raak met de Goddelijke Kanaries in de finale tegen Duitsland. Rivaldo nam toen in de 1/8e finales één van de twee goals tegen België voor zijn rekening, nadat Peter Prendergast onterecht de openingsgoal van Wilmots afgekeurd had.

Op clubniveau ging het daarna bergaf met de Braziliaan. Na zijn passage bij Barcelona trok Rivaldo in 2002 naar AC Milan, maar hij benaderde nooit meer het niveau van in de Primera Division.

Na omzwervingen bij onder andere Olympiakos, AEK Athene en São Paulo verzeilde de ex-vedette dit seizoen bij Mogo Mirim, in de Braziliaans derde klasse, waar hij nog nauwelijks tot spelen kwam.