De winnaar van Kuurne-Brussel-Kuurne krijgt traditioneel een ezel cadeau. Geen echte natuurlijk, maar een knuffel. Maar vanwaar komt die historische traditie in "de ezelsgemeente"?
Bloemen, bier en ... een ezel. Met die drie trofeeën mocht Fabio Jakobsen pronken op het podium na zijn sprintzege in Kuurne-Brussel-Kuurne.
Aan die unieke trofee hangt een lange geschiedenis. Vroeger werden buiten de muren van Kuurne groenten gekweekt, de oogst werd verkocht op de vroegmarkt van Kortrijk.
De Kuurnenaars trokken voor dag en dauw naar Kortrijk met hun karren en ezels. Het gedokker op de kasseien en het gebalk van de ezels maakten de bevolking steevast wakker. "De ezels van Kuurne zijn daar", wisten ze al snel.
"Het is een geuzennaam geworden", vertelt Jos Callens van de organisatie van Kuurne-Brussel-Kuurne. "Een naam die we met trots dragen: de koppige, eigenzinnige ezels."
En zeker niet alleen in de koers vind je ezels terug in de "ezelsgemeente". "We hebben ezelsbier, een koning ezel-verkiezing en een orde van de ezel", aldus Callens.
Vrijwillige ezels
Er wordt dan ook veel aandacht besteed aan de trofee. Het is niet zomaar een pluchen knuffel. Een timmerman maakt een houten karkas en dat wordt dan bekleed met stof. "Het is een heel beperkte oplage, alleen voor de winnaar van Kuurne-Brussel-Kuurne", bevestigt Callens.
Ook de Nederlandse ex-winnaar Bobbie Traksel heeft een exemplaar staan thuis. "Het heeft zeker een speciaal plekje gekregen", vertelt hij. "Ik heb toen meteen aan Karl Vannieuwkerke op de motor gevraagd of ik een ezel kreeg."
Maar waar de Kuurnenaars misschien nog trotser op zijn, is het feit dat Kuurne-Brussel-Kuurne nog steeds wordt georganiseerd door vrijwilligers. "Een pluim voor alle mensen die hun tijd en energie in deze koers willen steken", besluit Callens.