Aerts: "Krijgen vleugels per ronde dat we Mathieu kunnen volgen"

Nu is hij een van de schaduwfavorieten, maar in 2016 greep Toon Aerts in zijn eerste jaar als prof nog naast een WK-selectie. Denkt hij daar nog wel eens aan terug? "Vorige week in Hoogerheide wel. Mijn situatie toen is een beetje te vergelijken met die van mijn broer nu. Een renner maakt veel mee in zijn carrière en dat vormt je. Het heeft van mij een sterkere renner gemaakt."

"Ik heb een mooie progressie gemaakt de laatste jaren. Wie had toen durven te denken dat ik nu Belgisch kampioen zou zijn, een Europese titel zou hebben en de Wereldbeker zou kunnen winnen? In september had ik niet gedacht dat ik zoveel overwinningen en een eindklassement op zak zou hebben. Het seizoen kan niet meer stuk. We kijken of er nog iets bijkomt of niet."

"Door het seizoen dat ik heb gereden kan ik zonder stress naar zondag toeleven. Dat is een pluspunt. Alles mag en niets moet. Wout van Aert en ik zijn de kopmannen. Voor mij is het niet echt een noodzaak om te winnen. Ik ben ook klaar om Wout te helpen. Andersom is dat ook zo."

"Een extra drijfveer is leuk, maar ik heb die stress niet nodig. Tijdens het BK had ik ook geen stress. Ik heb tijdens die wedstrijd nooit gedacht "ik moet hier winnen", wel "ik kan hier winnen"."

Groeit de kans van de Belgen om Mathieu van der Poel te kloppen per ronde die ze kunnen aanklampen? "Ik weet niet in hoeverre Mathieu mentaal klaar is voor de wedstrijd, maar wij zullen natuurlijk steeds meer vleugels krijgen wanneer we een paar rondes kunnen volgen."

"Als we lang kunnen aanklampen kan dat in het kopje kruipen bij Van der Poel. Dan beginnen renners soms achterom te kijken en als je dan merkt dat het gat niet groter wordt, dan is een klein foutje genoeg om de pedalen even stil te houden en dan ligt de koers weer open."

"Ik zal soweiso blijven rijden, ook voor de tweede en de derde plaats. Zo heb ik ook het BK gewonnen. Al mogen we ook niet te snel voor ons eigen tempo kiezen achter Van der Poel want uiteindelijk telt voor België alleen de overwinning."

"Een zege moet niet, maar ik zou wel ontgoocheld zijn als ik niet op het podium sta. Als crosser moet je er een heel seizoen steen den dan moet je ook op het WK tonen dat je bij de besten ter wereld bent. Maar stel dat ik een andere renner aan de titel kan helpen, en dan zelf niet op het podium sta, dan heb ik wel mijn taak volbracht en kan ik daar vrede meenemen."

De WK-voorbereiding van Laurens Sweeck verliep allesbehalve vlekkeloos. Hij kwam ten val tijdens een training in het bos en had daarna last van zijn ribben en schouderblad. In Hoogerheide werd hij pas 13e. "Die wedstrijd kwam nog te vroeg. Ik zat verkrampt op mijn fiets, maar het ergste is voorbij."

"Ik heb wel nog last aan mijn rug. Zondag hoop ik de pijn te verbijten. Ik heb al getraind op de weg, maar in het veld reed ik nog niet om mijn ribben te sparen voor de schokken."

Voor Sweeck mag het blijven vriezen in Denemarken. "Een snelle cross moet mij op zo'n parcours wel liggen. Ook voor mijn ribben is dat beter. Hoe sneller je rijdt, hoe meer ontspannen je op je fiets zet. Wordt het stoempen en wroeten, dan wordt het voor mij toch iets lastiger."

"Op dit moment zijn er drie renners net iets sterker dan de rest: Mathieu van der Poel, Wout van Aert en Toon Aerts. Voor de anderen is er op een goede dag veel mogelijk. Ik zou heel graag meedoen voor de top vijf. Een bronzen medaille zoals op het EK wordt moeilijk. De omstandigheden in Bogense zullen sowieso anders zijn dan op de droge omloop in Rosmalen."