Van Branteghem: "We kunnen een gokje wagen"

België plaatste zich gisteren als zesde voor de finale van de 4x400 meter. Een wat magere prestatie voor de Belgen die een maand geleden nog de Europese titel veroverden. Toen liep Jente Bouckaert, maar die blesseerde zich in de voorbereiding. Vervanger Nils Duerinck was startloper, maar kende een moeilijke race.

Cédric Van Branteghem liep vier jaar geleden in Peking de olympische finale op de 4x400 meter. Toen samen met Arnaud Ghislain, Kevin en Jonathan Borlée. Hij heeft dus recht van spreken.

"Het was geen ideale race in de reeksen", zegt Van Branteghem. "De start van Nils Duerinck was ook niet zoals verhoopt, Jonathan Borlée moest na de stokwissel heel veel inhalen."

Coach Jacques Borlée greep in na de teleurstellende tijd van Duerinck, die er niet in was geslaagd onder der 47 seconden te duiken. Hordeloper Michael Bultheel loopt vandaag de finale.

"Dat is een moeilijke beslissing", zegt Van Branteghem. "Ik weet niet of ik dezelfde beslissing zou nemen, maar Jacques Borlée is de coach. Zowel Nils als Antoine Gillet hebben geen goede race gelopen, daar zijn ze zich ook van bewust."

"Ik zou in ieder geval de volgorde veranderen", gaat Van Branteghem verder. "De tactiek stond niet op punt. We begonnen met te veel achterstand. In de finale hebben we niet veel te verliezen, dus we kunnen een gokje wagen."

"Vooral de bezetting van positie drie is moeilijk. Als je met een Borlée loopt, kun je daar weer terrein goed maken en hopen dat de tragere slotloper kan aanklampen. Dat kan wel, zo hebben we in Peking ook gelopen."

"Een medaille is in ieder geval te hoog gegrepen. Als ze de vijfde plaats van Peking kunnen bevestigen, kunnen we van een geslaagd kampioenschap spreken", besluit Van Branteghem.