Jolien D'hoore blinkt weer: "Ik hoop nog beter te doen dan mijn brons in Rio"

Jolien D'hoore (29) en haar ploeggenotes van Boels-Dolmans werden vandaag in kimono voorgesteld. De link met de Olympische Spelen van Tokio was dus duidelijk aanwezig op de ploegvoorstelling van de Nederlandse topploeg.

"Het hele jaar staat een beetje in het teken van de Spelen", legt D'hoore uit aan Sporza. "Het leeft echt. Het zouden mijn 3e Spelen worden en ik kijk er naar uit."

"De ploegkoers is iets nieuws voor ons en dat is heel spannend. Ik focus me 100 procent op Tokio. In Rio had ik brons (in het omnium) en ik hoop nog beter te doen. Dat is niet evident, maar ik hoop in een goeie conditie - fysiek en mentaal - naar Japan te gaan en dan zien we wel."

Over het olympische programma bestaat nog geen duidelijkheid. "Er zijn nog veel onzekerheden. Voor de ploegenachtervolging moeten we ons plaatsen op het WK (eind februari, begin maart). De ploegkoers is er sowieso en misschien is er ook het omnium. Het staat nog niet vast wie zal rijden."

"Maar mijn conditie is echt wel goed en ik heb heel hard gewerkt deze winter. Harder dan ooit, denk ik. Ik hoop dat het er allemaal eens uitkomt in de koers."

Jolien D'hoore kan eind deze maand al eens van zich laten horen op het WK baanwielrennen in Berlijn. "En daarna hoop ik me in het Belgische voorjaar te tonen."

"Ik ben al twee keer tweede geworden in Gent-Wevelgem, telkens na een fotofinish. Die koers zou ik graag op mijn erelijst zetten. De Ronde van Vlaanderen is misschien iets te zwaar, maar je weet het nooit."

D'hoore klinkt na een zwart 2019 ambitieus. Vorig jaar zat ze in een flinke dip na twee stevige valpartijen en blessures. "Ik ben heel blij met waar ik nu sta. Ik ben nooit beter begonnen aan een voorjaar dan nu. 2020 mag zo snel mogelijk beginnen."

"Ik ben er sterker uitgekomen", vertelt D'hoore over haar pechjaar. "Ik hoop dat ik het nu kan waarmaken. Ik zat in de put, want ik wist niet hoe het verder moest. Maar een jaar voor de Spelen wil je er nog eens alles voor geven en dat heb ik gedaan."

"Of ik aan stoppen gedacht heb? Even wel. Ik ben 29 jaar en dat is niet meer zo jong. Dan denk je na of het de moeite waard is om terug te komen en daarna misschien weer te vallen. Maar ik heb er nog eens een lap op gegeven."

"Fysiek ben ik ook sterker geworden. Dat kan me helpen in de sprints. Maar ik moet het dit jaar nog bewijzen. Ik doe geen uitspraken, maar ik zal antwoorden met de benen."