Ga naar de inhoud

Vrouwenclubs trekken aan alarmbel: "Alle middelen gaan naar Red Flames"

 ma 21 januari 2019 18:59

Een groep van 9 Belgische vrouwenploegen, met daarbij de 6 eersteklassers, heeft in een bericht het beleid van de Voetbalbond aangeklaagd. "De middelen, inspanningen en ambities, staan niet in verhouding tot de stijgende populariteit van het vrouwenvoetbal."

De zes eersteklassers - Anderlecht, Genk, Standard, Gent, Oud-Heverlee Leuven en Heist - hebben de handen in elkaar geslagen met nog 3 clubs uit tweede klasse om het beleid van de KBVB en Voetbal Vlaanderen aan te klagen. 

 

De 9 clubs zetten samen 10 voorstellen op een rij.  Zo is er geen overleg geweest met de KBVB over de toekomst van het vrouwenvoetbal. "Er zijn geen concrete plannen om het competitieformat aantrekkelijker te maken. De Super League wordt stiefmoederlijk behandeld", vertelt Betty Van Proeyen van de Genk Ladies. "We zijn met 6 clubs, maar de andere clubs worden niet aangemoedigd om aan te sluiten."

 

"De kosten zijn hoog en de beloning laag. De Voetbalbond investeert daar weinig middelen in. Er moet een stimulans komen en dat hoeft heus geen blanco cheque te zijn. Ze kunnen bijvoorbeeld stagemogelijkheden aanbieden of opleidingen voor de trainers. Dat zijn allemaal kosten die de clubs dan in mindering kunnen brengen."

 

"Alle financiële middelen gaan naar de Red Flames", vinden de clubs ook. "Dit is niet het kloppend hart van onze sport. Dat ligt bij de clubs. De groei van het aantal leden verzekert de toekomst van het vrouwenvoetbal. Het is leuk dat de Flames het goed doen, maar de speelsters worden gestimuleerd om naar het buitenland te gaan. Dat verzwakt onze eigen competitie."

 

Maar ook de investeringen in de Yellow Flames, de nationale meisjesploeg, zijn een doorn in het oog. "De talenten worden gecentraliseerd in de topsportschool in Leuven en er is sprake van om ze te laten meespelen in de Super League. Dat is concurrentie voor de gewone clubs. Speelsters kunnen niet bij hun club blijven spelen. Die meisjes zijn ook niet klaar voor die competitie."

 

Tot slot is er nog de roep om de gelijkschakeling van de topsportstatuten in het voetbal voor mannen en vrouwen. "Meisjes die bij een ploeg in de Super League spelen, krijgen geen topsportstatuut. Ze moeten bij de nationale ploeg spelen. Jongens die bij een jeugdploeg van een club uit 1A en 1B spelen, kunnen er wel een krijgen."  

Enkele voorstellen van de clubs

  •  Het uitgroeien tot een Super League met acht of tien ploegen, ingebed in financieel gezonde mannenclubs
  • Het aantrekken van financiële middelen voor communicatie en marketing rond de nieuwe Super League
  • Het heroriënteren van de subsidies van regionale overheden om zo de snelgroeiende achterstand met het Europees clubvoetbal te beperken     
  • Het kunnen beschikken over extra middelen die naar eigen goeddunken kunnen worden besteed     
  • Het opnemen van vertegenwoordigers in alle advies- en beslissingsorganen binnen het voetbal     
  • Het wegwerken van de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen omtrent het verkrijgen van een topsportstatuut