Geen spaander liet hij heel van zijn tegenstanders. Remco Evenepoel knalde alles en iedereen uit zijn wiel op weg naar zijn gouden medaille in de olympische wegrit. We zagen de ene na de andere renner puffen in zijn wiel, om uiteindelijk allemaal te passen. "Hij vertelde ons gisteren al dat hij daar zou versnellen, maar wanneer hij het effectief deed, was het toch indrukwekkend", vertelden ook zijn ploegmakkers.
Alle ogen waren op Remco Evenepoel en ook Wout van Aert gericht, maar ook Tiesj Benoot en Jasper Stuyven zullen voor altijd deel uitmaken van het gouden kwartet van Parijs 2024.
"Ik ben heel blij en dankbaar dat ik hier mijn bijdrage heb mogen leveren", knikte Benoot na de finish met een grote glimlach.
Een understatement, het was een beresterke Benoot die op Montmartre - na een lange kopbeurt - de eerste steen van het succes legde.
"Ik had echt een goede dag. De benen waren aanwezig om mijn rol tot diep in de finale te spelen. We hebben alvast onze verantwoordelijkheid genomen, zoals ook van ons verwacht werd."
Hij had gisteren al gezegd dat hij daar zijn aanval zou plaatsen.
Zeker toen een sterke groep met onder meer Ben Healy, Valentin Madouas en Stefan Küng stilletjes wegreed, zorgde Benoot er eigenhandig voor dat de kloof behapbaar bleef.
"We wisten dat we die niet mochten laten rijden, dat hebben we dan ook niet laten gebeuren. En daarna heeft Remco (Evenepoel, red.) het schitterend afgemaakt."
Benoot was ook een bevoorrechte getuige van de ravage die Evenepoel op zijn pad naar goud aanrichtte.
"Op het einde reden we nog langs al die mannen die hij voorbijgereden was. En die zagen er allemaal toch niet zo goed meer uit", gniffelde Benoot.
Voorspelde aanval
Ook ploegmakker Jasper Stuyven zag vanaf de eerste rij hoe Evenepoel iedereen in de vernieling reed
"Hij had gisteren al gezegd dat hij dat een goede plaats vond om aan te vallen. En toen hij daar versnelde, zag het er ook redelijk indrukwekkend uit", wreef ook Stuyven zich in de ogen.
"Waarom hij net daar aanging? Wel, iedereen wist dat er op Montmartre sowieso een bommetje zou gedropt worden, maar de plaats waar Remco voor de aanval koos, was het tweede langere klimmetje te midden van een zeer lastig stuk van het parcours."
"Hij keek er dan ook echt naar uit om daar te gaan, omdat hij wist dat iedereen op dat moment op zijn tandvlees zou zitten. En dat is ook gebleken", was ook Stuyven onder de indruk.