Een droomoverwinning in Parijs-Roubaix, zowel voor Lotte Kopecky zelf als voor haar ploeg SD Worx-Protime. Schaduwkopvrouw Lorena Wiebes kon niet mee met de eerste groep, maar zorgde voor druk van daarachter. "Eerst was ik zelf teleurgesteld, tot ik besefte dat dit een goede situatie voor Lotte was."
In haar eentje moest Lotte Kopecky zien af te rekenen met 5 concurrentes in de finale van Parijs-Roubaix, met onder meer een duo van Lidl-Trek. Vanuit de groep daarachter zorgde Lorena Wiebes wel voor voldoende druk.
“Ik had liever zelf ook in de eerste groep gezeten, maar op deze manier kon ik druk zetten van achteruit. Eerst was ik zelf teleurgesteld en toen besefte ik dat dit een goede situatie voor Lotte was", reageerde ze achteraf.
“We draaiden de piste op en ik zag dat ze in goede positie zat. Toen dacht ik: dit gaat ze pakken.”
“In zo’n wedstrijd gaat de pure piek van de meeste sprinters er wat af en Lotte moet het juist van een zware wedstrijd hebben. We hadden er het volste vertrouwen in."
Boom: "Wilden energie sparen voor de sprint"
Ploegleider Lars Boom (SD Worx-Protime) blikte ook terug op een "hectische" Parijs-Roubaix. "Op een gegeven momenten moesten we een keuze maken in de finale en we besloten op de sprint te gokken.”
“We zagen de laatste koersen dat Vos sterk was in de sprint en wilden wat meer energie sparen in het wiel, zeker met Lorena (Wiebes) daarachter.”
“Uit ervaring weet ik dat deze sprint anders is dan in eender welke andere koers. Maar we hadden er vertrouwen in dat ze het kon klaren tegen Balsamo en Vos.”
“Deze koers was een doel voor de hele ploeg. We gaan vanavond waarschijnlijk wel een feestje bouwen.”