Anderlecht-verdediger Amir Murillo heeft een schorsing van drie speeldagen (en één met uitstel) opgelegd gekregen na zijn rode kaart in de play-offwedstrijd tegen Union van afgelopen weekend. Door een openstaande schorsingsdag na zijn rode kaart tegen OHL afgelopen jaar, zal hij 4 matchen aan de kant staan.
Het Disciplinair Comité schorste Murillo drie dagen plus één dag met uitstel. De Panamese verdediger, die dit seizoen wisselvallig presteert bij Anderlecht, had ook nog een voorwaardelijke schorsingsdag openstaan, die hij kreeg na zijn rode kaart tegen OHL in november van 2021. Daardoor zal hij vier matchen effectief aan de kant staan. Hij moet ook een boete van 3500 euro betalen.
Bij Murillo gingen zondag tegen Union in de 87e minuut even de lichten uit. De verdediger trapte na op Kaoru Mitoma en werd uitgesloten. Volgens het bondsparket was er door de hoge intensiteit van de trap sprake van ernstig gemeen spel, ofwel "zuiver natrappen".
Murillo gaf op de zitting toe dat het er slecht uit zag, maar dat hij alleen de bedoeling had om een tactische fout te maken. "Ik had zeker nooit de bedoeling om de tegenstander te blesseren", excuseerde de Panamees zich. Samen met zijn advocaat vroeg hij 2 effectieve en 2 uitgestelde schorsingsdagen.
Het is de tweede schorsing voor Murillo dit seizoen. In november kreeg hij tegen OHL rood na een elleboogstoot. De straf was toen 3 duels effectief en 1 met uitstel. Die laatste wordt nu effectief. Anderlecht gaat niet in beroep.