De geplukte vruchten zijn eindelijk van eigen kweek. Club Brugge rekent vanavond in de Champions League meer dan ooit op spelers vanuit de eigen jeugdacademie. Iets wat twee jaar geleden nog onmogelijk leek en hen verweten werd, is door een radicale ommezwaai in 2018 werkelijkheid geworden. Een blik achter de schermen.
Je oogst wat je zaait ... alleen duurt het soms even voor je de vruchten ervan kunt plukken.
Het is januari 2023 wanneer Club Brugge - net als nu - in een Europese droom leeft en doorstoot naar de 1/8e finales van de Champions League.
Een medium komt (terecht) met een kritisch artikel. "Want waar blijven de zelf opgeleide spelers?", is de onderzoeksvraag. In de confrontatie met Benfica, die zou uitdraaien op een zware nederlaag, staat met Brandon Mechele amper één jeugdproduct tussen de lijnen.
Dat Club ooit de ambitie had om in 2024 een halve basisploeg uit de eigen opleiding te willen, wordt dan ook weggelachen als een nog onmogelijk in te lossen doelstelling.
Maar kijk, dit seizoen schittert de Belgische kampioen opnieuw op het allerhoogste niveau. Mét eigen jeugd - dit seizoen goed voor zo'n 40% van de speelminuten.
Chemsdine Talbi, Joaquin Seys, Maxim De Cuyper en 'good old' Bradon Mechele in de basis. Romeo Vermant, Jorne Spileers en Kyriani Sabbe op de bank. En dan tellen we Charles De Ketelaere aan de overkant nog niet eens mee.
Straf lijstje.
Maar hoe maakte Club Brugge de ommeslag van handelshuis vol exoten naar een talentenfabriek?
Plan 2023
Om de kiem van het recente succes te vinden, moeten we terug naar 2018.
In een bureau op Jan Breydel is een bevlogen vergadering aan de gang. Club heeft net zijn tweede titel in drie jaar tijd gevierd, maar toch zijn sterke mannen Bart Verhaeghe en Vincent Mannaert allerminst voldaan.
Tegenover een select gezelschap met onder meer Carl Hoefkens en Maarten Martens maken ze de pijnlijke conclusie dat er amper producten waren doorgestroomd uit de eigen jeugd.
"Het mág niet anders, maar het moét anders", klinkt het op de bewuste meetingen.
En dus wordt het plan 2023 uitgerold.
"Het beleid wilde all-in gaan", herinnert Pascal De Maesschalck, toen mee aan tafel als hoofd van de Club Academy, zich.
"Bart en Vincent wilden daar ook alle nodige investeringen voor doen. Eerst was er een beetje drempelvrees en twijfel, maar dat maakte al snel plaats voor een enorme dynamiek binnen de jeugdwerking. Vergelijk het gerust met een start-up."
We zaten elke donderdag om 13 uur samen en dat ging er vaak hard aan toe.
Naast De Maesschalck, Hoefkens en Martens maken ook Tim Smolders en Rik De Mil deel uit van de kernploeg die het project vorm moet geven.
Allemaal mannen met een schat aan voetbalervaring, maar óók met een mening.
"We zaten toen elke donderdag om 13 uur samen en dat ging er vaak hard aan toe", grijnst De Maesschalk, die nu technisch directeur is bij Straatsburg.
"We waren open en eerlijk tegen elkaar, wat voor discussies op het scherp van de snede zorgde. Maar we hadden steeds een gemeenschappelijk doel en zo maakten we elkaar sterker."
"Als we vonden dat we beter konden doen op bepaalde punten, dan deden we dat ook. Dat was niet altijd makkelijk, maar het succes is daar wel begonnen."
Fundament
In de zomer van 2019 volgt een langverwachte katalysator voor het hele project.
Club neemt zijn intrek in een gloednieuw trainingscomplex in Westkapelle waar de U18, U21 en A-ploeg samen actief zijn.
"Dat is misschien wel het meest indrukwekkende middel geweest in de groei van onze werking", meent De Maesschalk. "Zie je daar als jonge gast mannen als Vanaken en Mechele werken? Dan ga je vanzelf ook aan de slag."
Met projecten in Brussel en Antwerpen zorgden we ervoor dat we spelers daar konden trainen.
Daarnaast zet blauw-zwart ook feller in op professionelere scouting en rekrutering van jonge talenten. Als club in een uithoek van het land hinkte Club Brugge op dat vlak nog wat achterop.
"Toen zijn we eigenlijk gestart met het zoeken naar talent buiten Brugge en hebben we onze radius opgetrokken naar 50 kilometer. Met projecten in Brussel en Antwerpen zorgden we ervoor dat we spelers daar konden trainen. Vijf keer naar Brugge reizen op 12-jarige leeftijd is een aanslag op je sociale leven, daarom reikten we zo een oplossing aan en stelden we daar trainers aan."
Zo kon Club Brugge de stap voor talenten buitenshuis kleiner maken. Uit de zogenoemde Cities-projecten rolden onder meer Cyril Ngonge (nu Napoli), Samuel Mbangula (nu Juventus) en Chemsdine Talbi binnen vanuit Brussel. Ignace Van der Brempt (nu Como) was een van de eersten uit Antwerpen.
Totaalaanpak
Al die doorgestroomde spelers prijken niet toevallig trots op de muren van de opleidingscentra van Club.
"En als ik ze naast elkaar zie, valt mij altijd een rode draad op: ondanks allemaal andere profielen, achtergronden, opleidingen ... zijn het steeds spelers met een goede kop op, zoals we hier zeggen", vertelt de huidige Academy Director Jarno Verheye trots.
En toeval is dat niet. "Meer dan ooit zetten we daarop in bij de scouting en rekrutering. We doen niet alleen fysieke en technisch-tactische testen, we screenen ook op de mentale en sociale achtergrond van de spelers. We hechten enorm veel belang aan hoe ze in het leven staan."
Zo zal elke speler die kans maakt op een transfer naar Brugge, een sociaal intakegesprek doen: hoe zou je omgaan met een verhuis of eventueel internaat naar Brugge? Hoe is de familiesituatie? Heb je last van heimwee?
We kunnen veel analyses maken over welke spelers zijn doorgestroomd, maar dan valt vooral de persoonlijkheid op.
Het is een totaalaanpak die Club ook in zijn dagelijkse werking probeert door te trekken. Vanaf de U13 krijgt elke speler een individueel actieplan op vier pijlers, waar ook de nodige ruimte wordt gemaakt voor de mentale en sociale ontwikkeling van de jongeren.
Dat begint bij een uitgebreid pedagogisch traject, waar Club samenwerkingen heeft met twee scholen en verschillende internaten in de buurt.
"Dé grote doorbraak was volgens mij om iets te doen aan het onderwijs in Brugge voor mensen die oorspronkelijk Franstalig zijn", aldus De Maesschalck. "Zo hebben we de deur opengezet voor spelers met een andere achtergrond, zonder de authentieke Brugse mentaliteit te verliezen."
De begeleiding bij Club gaat overigens veel verder dan enkel de schoolbanken.
"Want we hebben ook een sociale cel die de spelers handvaten geeft in het leven naast het voetbalveld, om ze zo goed mogelijk voor te bereiden op een leven als profspeler", duidt Verheye.
"Kijk, we kunnen veel analyses maken over welke spelers zijn doorgestroomd, maar vooral de persoonlijkheid valt op. Het waren zeker niet allemaal supersupertalenten, wél kerels die juist in de wereld stonden en een groot geloof hadden, maar die rustig de tijd nodig hadden om te ontwikkelen.”
Al blijven échte voetbalpijlers zoals het technische en het fysieke natuurlijk van cruciaal belang.
"Ook daarin proberen waar we ons te onderscheiden: op jonge leeftijd proberen we ook het lichaam van onze spelers in kaart te brengen door ze nauwlettend te meten: om zo hun eventuele groeispurt en maturiteit te achterhalen", legt Verheye uit.
"Zo zie je rond de U15-leeftijd - de periode van de groeispurt - dat wij op bepaalde momenten maar met een paar spelers het veld op gaan, anderen doen dan hun oefeningen in de fitness: de ene is al bezig met het bovenlichaam, waar de andere nog niet aan toe is."
"Zo proberen we onze spelers als atleet en als mens klaar te stomen voor Club NXT - een belangrijke nieuwe bestemming richting de eerste ploeg."
NXT als doorgeefluik
Het hoge woord is gevallen: Club NXT.
Spreek met iemand over de huidige hoogdagen van de Brugse jeugd en iedereen zal de belofteploeg van Club, die uitkomt in de Challenger Pro League, aanwijzen als een van de absolute hoofdredenen van het succes.
Sinds 2022 is Guilian Preud’homme, zoon van voetballegende Michel, aan de slag als CEO van Club NXT.
Onder zijn bewind groeide de wachtkamer voor het eerste elftal uit tot een constant doorgeefluik van talent.
"Onze werking is er volledig op afgestemd om spelers af te leveren aan Club NXT en ze vervolgens te laten doorstromen naar de eerste ploeg", kadert Preud'homme.
Neem Joaquin Seys als voorbeeld: hij had al 40 profmatchen op de teller voor zijn debuut in de Jupiler Pro League.
"Doordat NXT uitkomt in 1B krijgen heel jonge spelers al vroeg de kans om te wennen aan de hoge intensiteit van het profvoetbal."
"Neem Joaquin Seys als voorbeeld: hij had al 40 profmatchen op de teller voor zijn debuut in de Jupiler Pro League. Onbetaalbare ervaring. De stap naar het eerste elftal is daardoor een pak kleiner geworden."
"Bovendien zijn de speelwijzes en principes tussen beide elftallen op elkaar afgestemd. Onze ploegen zijn geen aparte entiteiten, maar communicerende vaten. Elke dag is er doorlopend overleg tussen de trainers van beide teams."
En dat allemaal met één doel: de allerbeste zijn.
"Wij proberen atleten af te leveren voor Club Brugge. En dat is voor ons de Europese top", benadrukt Preud'homme. "Dat is waar wij tegenwoordig de lat leggen en op evalueren."
Volgt vanavond tegen Atalanta opnieuw een grote onderscheiding voor de Brugse jeugd?