Nu haar eerste jaar op het hoogste niveau meteen een meevaller was, droomt bobsleester Kelly Van Petegem nog meer van de Olympische Winterspelen. "De kwalificatie kan maar volgend seizoen worden afgedwongen, maar op basis van mijn resultaten dit jaar, mag het niet fout lopen."
Na de vorige Winterspelen leek het Belgische bobsleeproject op sterven na dood. De subsidies van het BOIC en Sport Vlaanderen vielen weg. Maar Kelly Van Petegem weigerde op te geven.
Ze maakte de transitie van remster naar stuurvrouw en stelde een financieel plan op. "Ik ben verliefd op de sport", zegt ze. "Ik had nooit gedacht dat er zoveel energie en middelen naartoe zouden gaan, maar ik heb het ervoor over”.
Ik ben verliefd op de sport.
Haar eerste jaar op profniveau zit er nu bijna op. Vorige week werd Van Petegem 8e op het EK, en haar wereldbekerseizoen liep goed. "De uitschieter was de 6e plek op de wereldbeker in Sigulda, in de tweemansbob, samen met Jienity de Kler", vertelt ze.
De aanloop was nochtans niet ideaal, verrast Van Petegem. "Tijdens de lange autorit hadden we in Polen autopech, waardoor we de nacht in ons busje op een parking in de vrieskou moesten doorbrengen."
"We waren allebei kapot, maar de wedstrijd liep desondanks geweldig. Alles zat mee die dag", lacht ze. "Onverwacht en een moment dat ik nooit zal vergeten."
Olympische droom
De piste in Sigulda staat jammer genoeg voor Kelly Van Petegem niet op de kalender voor de kwalificatie voor de Olympische Winterspelen van 2026. En dat is toch het hoofddoel van de bobsleester.
“Als ik dit seizoen kan herhalen, mag het niet misgaan voor een olympische selectie. Erbij zijn is voor mij zelfs het minimum", zegt ze.
Er mogen 25 teams meedoen op de Winterspelen, en die worden op basis van de ranking bepaald. "Het wordt keuzes maken, punten tellen en de kalender goed samenstellen."
"Mijn start is nog een werkpunt ten opzichte van de top van de wereld. Daar ga ik in de zomer volop aan werken."
Je mag zo’n 50.000 euro rekenen, enkel voor het winterseizoen. En daar komt dan nog heel wat bij.
Zonder steun van Sport Vlaanderen en het BOIC is het voor Van Petegem ook financieel niet evident om alles rond te krijgen. "Je mag zo’n 50.000 euro rekenen, enkel voor het winterseizoen", vertelt ze. "Maar daar komt dan nog heel wat bij."
"Zo moest ik net voor de start van dit seizoen een nieuwe camionette aankopen. Onverwachte kosten, die toch voor paniek zorgden."
"Zonder mijn persoonlijke sponsor zat ik hier niet", vervolgt Van Petegem. "Ik krijg via de federatie wel wat middelen, de monobob is ook van de federatie, maar dat volstaat uiteraard niet."
"Ik werk nu al twee jaar in de zomer bij Ivago", vervolgt Van Petegem. "Die middelen zijn broodnodig."
"We hebben ook een samenwerking met het Australische vrouwenteam om de kosten ter plaatse en de organisatie wat te delen."
"Het BOIC volgt onze prestaties wel. Zo mogen we naar de zomerstage voor de winteratleten. Ik heb hoop", besluit Van Petegem.