Een wijs man zei ooit: de rekening van het voorjaar wordt pas na Luik gemaakt. Wie was de man/de ploeg van het voorjaar? Welk moment zal eeuwig bijblijven? En de meest gestelde vraag dit voorjaar: hoe helpen we de veiligheid in het wielrennen vooruit? Onze wielercommentatoren Karl Vannieuwkerke en José De Cauwer maken samen een slotanalyse.
Karl: "Het klassieke voorjaar is in Siena begonnen met een Sloveense winnaar en diezelfde Sloveen sloot ook in Luik af met een triomf. Is de cirkel rond?"
José: "Op dat vlak wel, ja. Maar ook alles wat er tussen zat was van dezelfde hoge kwaliteit. Wat hebben we weer een mooi voorjaar gezien ... Ondanks dé val dan toch."
Karl: "Als die valpartijen in Dwars door Vlaanderen en de Ronde van het Baskenland niet waren gebeurd, hadden we inderdaad misschien meer duels gezien. Van Aert ontbrak in de Ronde en Roubaix, Evenepoel was in Luik dan weer de grote afwezige. Zijn we daar wat op onze honger blijven zitten?"
José: "Toch wel, ja. We hebben natuurlijk kunnen genieten van vele solo's en inspanningen, maar altijd zinderde dezelfde vraag na in ons achterhoofd: wat als? En dat is doodjammer, natuurlijk."
Karl: "In dat opzicht: is er een verschil tussen demarreren en versnellen?"
José: "Zeker, iedereen denkt altijd dat je moet demarreren om koersen te winnen. Maar kijk eens naar zondag: echt demarreren deed Pogacar niet op La Redoute, hij versnelde gestaag vanuit het zadel. Even dacht iedereen ook dat Carapaz zo nog terug zou keren, maar niets was minder waar. Een metertje werden er tien, om uiteindelijk met meer dan anderhalve minuut voorsprong te eindigen."
Pogacar zal dit jaar met de Giro en de Tour toch nog voor iets speciaals willen gaan.
Karl: "Zo zie je maar: er zijn gewoon renners die erbovenuit steken. Van der Poel in de Ronde en Roubaix, Pogacar in de Strade en Luik. Zo hebben ze ondertussen elk zes monumenten op hun palmares staan."
José: "Het is fenomenaal. En deze (Pogacar, red) is nog eens een pak jonger. Hij zal dit jaar weer vol voor iets speciaals gaan met nog de Giro én de Tour op zijn programma. En laat ons hopen dat we met z'n allen ook kunnen uitkijken naar een geweldige Olympische Spelen, waar ze misschien allemaal zullen starten."
Karl: "Dat zou inderdaad fantastisch zijn. Maar nog iets, José: ontmoedigen ze de rest - die al snel aan ereplaatsen begint te denken - niet met hun overmacht?"
José: "Tja, dat zie je vandaag ook wel een beetje met Carapaz. Die gaat wel mee, maar op een bepaald moment durft ook hij niet meer vol te gaan om nog aan te sluiten. En dat zie je de laatste tijd steeds vaker. Ook Mauri Vansevenant vertelde iets dergelijks in zijn interviews na Luik. Hij wist waar zijn limiet was en koos ervoor om zijn eigen tempo te rijden, zonder meer."
(lees voort onder foto)
Belgisch briljant
Karl: "Opnieuw over naar de orde van de dag: Luik-Bastenaken-Luik. Maxim Van Gils was vierde, Mauri Vansevenant - die ook al sterk was in de Amstel - werd zesde. Hebben we die laatste zijn wedergeboorte gezien?"
José: "Toch wel. Het is nog te vroeg om te zeggen dat hij volgend jaar zal terugkomen om mee te strijden voor de overwinning, maar dit is toch de beste versie van Vansevenant die we gezien hebben."
Karl: "Moet hij dan naar de Giro gaan met ritwinst in zijn achterhoofd?"
José: "Ik denk het wel. Ik geloof niet dat Mauri van zichzelf denkt dat hij een klassement moet rijden in Italië en dan lonk je toch al snel naar individuele ritwinsten. Maar dan moet je goed beginnen na te denken in welke etappe het mogelijk is. Want ook daar kom je weer diezelfde man (Pogacar, red.) tegen, hé."
Karl: "En Maxim Van Gils, dan. Heeft ook hij stappen gezet dit jaar?
José: "Ja. Telkens wanneer hij er moest staan, stond hij er ook. En geloof mij: dat is niet simpel in dit peloton, hoor. Hij hangt er ook niet gewoon zomaar aan. Hij neemt echt deel aan de debatten."
Karl: "We hebben ook andere Belgische talenten zoals Arnaud De Lie moeten missen, natuurlijk."
José: "Ja, misschien hebben we de impact van die val in Le Samyn indertijd wel onderschat. Hij begon als een komeet aan zijn carrière, maar zal nu misschien toch even moeten herbronnen. Laat ons alvast hopen dat alles goed komt. Daar ben ik ook vrij gerust in en dat zou wel mooi zijn voor de Tour."
(lees voort onder foto)
MV(D)P
Karl: "Geen politiek correcte antwoorden, maar wie was jouw man van het voorjaar?"
José: "Hmmm, mag ik een ex aequo naar voren schuiven? Als je met een Vlaamse bril kijkt, zou ik Van der Poel zeggen. Hij heeft zich hier in onze regionen de beste getoond. Maar als je kijkt wat Pogacar ook in het buitenland heeft laten zien, kom je bij hem uit. Ik ga dus voor een gelijke stand."
Karl: "Oké, wie is dan de ploeg van het voorjaar?"
José: "Daar ga ik toch voor Alpecin-Deceuninck. Zij hebben niet het grootste budget, maar wel het grootste rendement. Ze hebben zowaar drie monumenten als ploeg gehaald. Ze hebben getoond aan vele twijfelaars dat ze beter zijn dan velen dachten."
Karl: "We zijn gezegend met een uitzonderlijke generatie renners, hé?"
José: "Ja, helemaal. We mogen het nooit te veel hebben over Eddy Merckx, maar dit is van de laatste 20 jaar toch het beste van het beste."
Karl: "En dan nog dit: wat was jouw favoriete moment van dit voorjaar?"
José: "Dat moet het weerzien zijn met de Strade Bianche (lacht). We zagen daar het onmogelijke gebeuren met Pogacar. Daar zagen we het wielrennen weer openbloeien. Als ik dat zag, kreeg ik een enorm goed gevoel vanbinnen."
Alpecin-Deceuninck is de ploeg van het voorjaar. Zij hebben niet het grootste budget, maar wel het grootste rendement met zowaar drie monumenten.
Karl: "En dan de vraag die al veel gesteld is: hoe hard moeten we blijven doorbomen op het thema veiligheid in het wielrennen?"
José: "Zo veel mogelijk. We moeten blijven zoeken naar oplossingen voor de veiligheid van renners: fietsen, weginfrastructuur, kledij... Ik denk niet dat het zal eindigen met een soort airbagsysteem als eindoplossing, maar men moet er wel blijven over nadenken."
Karl: "En nu, José? Wat is het volgende koersmoment waar jij naar uitkijkt?"
José: "Voor mij is een koers een koers. Echt waar, ik kijk bijvoorbeeld uit naar de Ronde van Limburg, waar andere renners hun dingen zullen proberen te doen. Maar uiteraard ook naar de Tour. Oké, misschien zal niet iedereen in topvorm zijn, maar in principe beginnen we daar met vier topfavorieten." (Vingegaard, Evenepoel, Pogacar en Roglic).
Karl: "En weet je wanneer wij elkaar weer terugzien?"
José: "Morgen, zeker?" (lacht)
Karl: "Spijtig genoeg niet. Wij nemen even afstand, maar zien elkaar weer terug voor de Port Epic over een paar weken. Geniet alvast van de vrije dagen om je gras wat af te rijden en nu kun je eindelijk je gravelbike eens op gang trekken."
José: "Dat komt in orde, hoor. Ik heb inderdaad veel werk in de tuin, maar ik ga deze week gravelen."
Karl: "Awel, ik ook. Ik ga trainen zodat ik je er volgend jaar kan afrijden."
José: "Dat kan niet in ons geval, hé. Het is op batterij." (lacht)
Karl: "Bij deze is de kroon ook ontbloot. Maar goed, ik wil je weer bedanken voor het mooie voorjaar en tot heel binnenkort."