Mads Pedersen heeft zijn tanden stukgebeten, maar de oerharde koek van Alpecin-Deceuninck bleek te hard. Zo moet de Deen vrede nemen met een plek op het podium na ene Mathieu van der Poel en Jasper Philipsen. "Ik probeerde steeds zijn wiel te houden. Dat ging niet", zegt de Deen over die eerstgenoemde.
Met een 3e plek in een monument mag je niet ontevreden zijn.
"Iedereen die hier aan de streep staat, moest er hard voor vechten", zegt Mads Pedersen. Hij probeerde tevergeefs Alpecin-Deceuninck te ontwrichten.
"Iedereen wilde Van der Poel volgen toen hij aanging. Maar we konden het duidelijk niet. Hij was zo sterk ... Hij speelde met ons", deelt de Deen. Dus kan hij maar één ding zeggen: "Gefeliciteerd, man."
"Ik probeerde steeds zijn wiel te houden. Dat ging niet. Zelfs nadat we ons groepeerden in de achtervolging, werd de kloof groter. Toen reden we voor plek twee."
Conclusie: "We gingen gewoon voluit en hoopten op het beste."
Het zou niemand moeten verbazen dat Philipsen de sprint wint.
Pedersen deed nog een gooi naar de tweede plek, maar werd de kaas van het brood gegeten door Philipsen.
"Tja, Jasper is een sprinter", deelt de ex-wereldkampioen. "Het zou niemand moeten verbazen dat hij de sprint wint. Hij zat ook lang in ons wiel, want hij moest geen werk opknappen door zijn kopman."
Zelf kende hij ook wat pech in een editie waar heel wat renners lek reden.
"Ik ben in een grote put gereden. Daardoor verloor ik veel druk in mijn band. Het is mijn eigen schuld."
Nu wil Pedersen de bladzijde omdraaien en ontspannen. "Ik heb mijn familie al lang niet meer gezien. Tijd om naar huis te gaan, naar mijn vrouw", besluit hij.