Is de opvolger voor Fred Deburghgraeve (olympisch goud) en Pieter Timmers (olympisch zilver) opgestaan? Met het ene Belgische record na het andere én een 5e plaats op het WK is Lucas Henveaux alvast goed op weg. En dat terwijl de 23-jarige zwemmer aanvankelijk droomde van een topcarrière op de golfbaan.
Lucas Henveaux in een notendop:
- 23 jaar, zoon van twee zwemcoaches
- Belgisch recordhouder 200, 400 en 800 meter vrije slag
- Zwemt de 400 meter op de Olympische Spelen in Parijs
- Hoopte topgolfer te worden, maar is toch teruggekeerd naar zijn zwemroots
- Is met 1,94 meter, schoenmaat 49 en grote handen geknipt voor het moderne zwemmen
Hoe het begon: opgegroeid in het water
Lucas Henveaux komt uit een zwemnest. Zijn moeder Els Gitsels en zijn vader André Henveaux sleten of slijten uren in het zwembad als topcoaches.
Logisch dat de kleine Henveaux ook in het water zou springen. Op zijn 4e begon hij al met zwemmen.
Om er op zijn 15e de brui aan te geven. Hij was nog niet de grote Lucas van nu (1,94 meter) en zijn gemiddelde prestaties frustreerden hem.
Henveaux ruilde het zwembad voor golf, het spelletje dat hij samen met zijn ouders speelde.
Hoe het liep: golfhandicap 0
Lucas Henveaux zette meteen hoog in. "Ik wilde in de voetsporen treden van Pieters, Colsaerts en Detry en professioneel golfspeler worden", vertelde hij in Le Soir.
Henveaux trok naar Spanje om te trainen en haalde een handicap van nul. Niet slecht, maar net te weinig om met golf zijn boterham te verdienen.
Tot dat besef kwam de tiener toen hij school liep in de Verenigde Staten. "Daar speelde ik tegen toptalenten en begreep ik dat ik niet over diezelfde gave beschikte."
Zijn liefde voor het spelletje bleef overeind, maar op zijn 20e borg Henveaux zijn golfdroom op.
(lees voort onder de Instagramfoto)
Hoe het nu gaat: records verpulveren
Een illusie armer keerde Lucas Henveaux terug naar zijn roots: het zwembad van Crisnée, ten noorden van Luik, net onder de taalgrens.
Samen met zijn zus Camille, lid van het nationale estafetteteam, pikte hij de draad op tijdens de coronapandemie. Henveaux had beseft dat hij niet in een ketel met golfswings was gevallen, wel in een eentje met tonnen zwemtalent.
Onder de hoede van zijn vader begon Henveaux harder te trainen dan ooit tevoren.
Om ook een tweede keer de grote plas over te steken. Deze keer niet om te golfen op schoolniveau, wel om tegen zijn generatiegenoten te zwemmen op topniveau.
(scrol omlaag voor het vervolg)
Met de klauwen van Pieter Timmers
In de Verenigde Staten hielp Lucas Henveaux zijn universiteitsteam aan de Amerikaanse titel.
Ook individueel boekte de crawlspecialist snel successen. In geen tijd zwom hij de Belgische records op de 200, de 400 en de 800 meter vrije slag van de tabellen.
Vooral op de 400 meter maakt Henveaux indruk. Hij plaatste zich voor de Olympische Spelen, eind vorig jaar won hij brons op het EK in klein bad en op het WK in Qatar gooide hij er een 5e plaats bovenop.
Met zijn top 5-plaats boekte Henveaux het beste WK-resultaat sinds het goud van Fred Deburghgraeve in 1998. Zelfs viceolympisch kampioen Pieter Timmers deed niet beter op een wereldkampioenschap.
Drie dingen heeft Henveaux gemeen met Zilveren Pieter. Met 1,94 meter, stevige handen en schoenmaat 49 is ook zijn lichaam geknipt voor het moderne crawlzwemmen.
Op weg naar de olympische finale
Ook met Henveaux' techniek zit het snor. Met zijn benen haalt hij een erg hoge frequentie, waardoor hij nog beter in het water ligt en nog harder kan gaan.
Op het WK scherpte Henveaux afgelopen zondag maar liefst 2 keer zijn toptijd op de 400 meter vrij aan. In de finale zette hij zelfs een hap van anderhalve seconde in zijn Belgisch record: 3'44"61.
"Met nog wat extra ervaring ligt de finale op de Olympische Spelen open voor Henveaux. Zeker als hij nog 6 tot 8 tienden sneller kan", weet onze zwemspecialist en voormalig olympiër Sidney Appelboom.
"Henveaux is wereldtop aan het worden en er zit nog veel progressie op", weet hij.
Afspraak op 27 juli 2024, de eerste dag van het olympisch zwemtoernooi in Parijs.