Een transfer die evenveel vragen als controverse oproept. Hoe de overstap van Cristiano Ronaldo een vloek én een zegen is voor zijn Portugese hart. Waarom zijn loon écht "royaal" is. En een diepere inkijk in de sportieve stand van zaken bij Al-Nassr. Alles wat u moet weten over Ronaldo's nieuwe club.
Cristiano Ronaldo zal zijn nieuwjaarsbrief dit jaar moeten afsluiten met de woorden:
Je kapoen, Cristiano, 1 januari … Riyadh.
Een doorn in het oog voor vele voetbalromantici. Met zijn exodus uit Europa lijkt Ronaldo sportief en definitief de witte vlag te wuiven. Toch heeft de recordvoetballer niet zomaar voor het gerenommeerde Al-Nassr uit Saudi-Arabië gekozen.
Raar maar waar: in het Midden-Oosten zal Ronaldo ook een beetje thuiskomen.
Al-Nassr staat immers bekend om zijn ontegensprekelijke link met Portugal. Het thuisland van Ronaldo is al jaren de hofleverancier van de Saudische voetbalclub.
In een hevige queeste om de club te professionaliseren, begon Al-Nassr enkele jaren geleden te investeren in een bijna volledige Portugese technische staf. In de hoop om zo de Europese voetbalbranie rechtstreeks in de club te implementeren.
De kinesist, de diëtist, het medische personeel, de fitnesscoaches, de keepertrainer, de T2 en zelfs de volledige trainercel van de beloften heeft er de Portugese nationaliteit.
Ronaldo zal bij zijn nieuwe club dus gewoon Portugees kunnen spreken, maar zal door zijn overstap naar het Midden-Oosten ook rechtstreeks in een belangenconflict met zijn thuisland terechtkomen.
WK 2030
Ronaldo naar Saudi-Arabië lokken past immers perfect in het langetermijnplan om het land definitief op de internationale voetbalkaart te zetten.
Zo wil het Saudische koningshuis zijn eeuwige concurrent Qatar achternagaan door ook zelf een WK te organiseren. De oliestaat wil de krachten bundelen met Griekenland en Egypte om het toernooi in 2030 te organiseren.
De voorlopig voornaamste concurrent voor de organisatie van het wereldkampioenschap: een samenwerkingsverband tussen Oekraïne, Spanje en - jawel - Portugal.
De transfer van Ronaldo naar Al-Nassr was er dus eigenlijk eentje met een dubbele bodem.
Datzelfde ambitieuze koningshuis ligt niet toevallig diep verankerd in het bestuur en de bestaansgeschiedenis van Al-Nassr. De club uit het Midden-Oosten heeft zijn bestaansrecht te danken aan Prins Abdul Rahman bin Saud el Saud.
In 1960 pompte de royal zijn middelen in de amateurclub - om het in een ijltempo naar de top te loodsen. Inmiddels is de prins overleden, maar de koninklijke familie oefent nog steeds zijn invloed uit in de club. Het wil het land via Al-Nassr sportief op de wereldkaart blijven zetten.
Naast een dotatie van zo'n 200 miljoen euro per seizoen hebben de royals Ronaldo dus ook een rol als prominent uithangbord voor het eventuele WK beloofd.
Saudisch success
De extra-sportieve redenen om naar Al-Nassr te verkassen zijn uiterst lucratief, maar een sportieve oase in de Saudische woestijn lijkt Ronaldo allerminst gevonden te hebben.
De Saudi Pro League is nergens te bespeuren in de top 25 van alle lijstjes van de beste voetbalcompetities ter wereld. Dat Al-Nassr samen met aartsrivaal Al-Hilal al jaar en dag de meest succesvolle club van het land is, valt eigenlijk volledig in het niets.
Toch is de Saudische club in eigen regio een niet te miskennen grootmacht. Zowel nationaal als internationaal haalde het al zijn gram.
Negen keer speelde het kampioen, zes keer stak het de Beker al in de lucht. En in 1995 schopten de Saudische spelers het ook tot de finale van de Aziatische Champions League, waar het in de 110e minuut het onderspit moest delven tegen het Zuid-Koreaanse Seongnam FC.
Sindsdien aast het team op zijn ultieme revanche.
Dit is een handtekening die niet alleen onze club zal inspireren naar nog meer succes.
Het zou Saudi-Arabië ook niet zijn wanneer de ambities dit decennium niet nóg hoger reiken. "Dit is een handtekening die niet alleen onze club zal inspireren naar nog meer succes. Ook onze competitie, ons land en alle toekomstige generaties zullen geïnspireerd worden", klonk het bij de bekendmaking van Ronaldo.
Voorzitter Musalli Al-Muammar steekt het de laatste jaren dan ook niet onder stoelen of banken. Hij wil zijn ploeg de komende jaren naar eenzame hoogtes loodsen binnen de Aziatische voetbalwereld.
Ronaldo is het meest recente toonbeeld van die hyperambitie, maar de missie leidde eerder al de Bulgaarse voetballegende Hristo Stoichkov naar Al-Nassr. Ronaldo is dus niet de eerste Gouden Bal die in Saudi-Arabië het beloofde land zag.
Ontdekker van Hazard in dug-out
Dit seizoen staan er geen namen van het kaliber Stoichkov op de loonlijst, al dragen er wel enkele bekende gezichten het geel-blauwe shirt van Al-Nassr.
De bekendste staat waarschijnlijk in doel: David Ospina. De 34-jarige voormalige doelman van onder meer Napoli hield in 9 wedstrijden 5 keer zijn netten schoon. De Colombiaan heeft zo een stevige hand in de tweede plaats - na stadsgenoot Al-Shabab - in het klassement.
Aan de overkant zorgt de Kameroen Vincent Aboubakar voor de doelpunten. Op het WK knikte de diepe spits in de absolute slotfase nog het winnende doelpunt tegen Brazilië binnen. Voormalig Champions League-winnaar Luiz Gustavo moet dan weer voor het evenwicht op het middenveld zorgen.
De rest van de kern bestaat voor grotendeels uit Saudische spelers.
Ook in de dug-out zetelt er een Europeaan. Aan het hoofd van de Portugees-getinte technische staf staat Rudi Garcia.
De ervaren Franse coach is een oude bekende van Eden Hazard. De Rode Duivel werd door Garcia gelanceerd bij Lille. Het duo speelde samen kampioen in Ligue 1. Na een avontuurtje bij AS Rome zette Garcia zijn Franse calvarietocht voort bij Lyon en Marseille.
Met succes. Een jaar geleden was Garcia nog de vooruitgeschoven man om interim-coach Michael Carrick op te volgen bij Manchester United. De Fransman krijgt bij Al-Nassr dus alsnog Cristiano Ronaldo onder zijn hoede.
De cirkel is rond.
Althans zeker voor Ronaldo.