Komend weekend staat de World Challenge Cup toestelturnen op het programma in Parijs. De Belgische selectie (Lisa Vaelen, Maellyse Brassart, Noémie Louon bij de vrouwen, Maxime Guldemont, Takumi Onoshima en Maxime Gentges bij de mannen) vertrekt zonder olympisch kampioene Nina Derwael. Turncommentator Inge Van Meensel licht toe. "Nina Derwael is nog nét niet klaar, maar dat is voorlopig geen reden tot bezorgdheid."
De World Challenge Cup in Parijs vindt plaats in Bercy, in de indrukwekkende hal waar over twee jaar de olympische turncompetitie plaatsvindt. Het moest de eerste wedstrijd worden voor Nina Derwael sinds ze vorig jaar in Tokio goud won aan de brug met ongelijke leggers.
Na de Spelen nam ze een lange break, ze won onder meer - met verve - het televisieprogramma “Dancing with the Stars”.
“Terugkeren op het hoogste niveau kost tijd en gaat met de nodige ups en downs”, vertelt Inge Van Meensel. "Maar die langere break had ze echt nodig, fysiek én mentaal."
"Ze is nu zo’n 6 maanden opnieuw aan het trainen en evolueert goed, maar ze is nog nét niet klaar voor een eerste wedstrijd."
"Het WK in Liverpool, eind oktober, moet ze normaal gezien wel halen. Op dat WK turnt ze aan de brug met ongelijke leggers en op de balk."
"Ik verwacht nog niet dat ze op haar allerbeste niveau zal zijn, ze wil er vooral het team helpen richting het WK van 2023 in Antwerpen. Daar wil ze voor eigen publiek schitteren en zich met het team plaatsen voor de Olympische Spelen in Parijs.”
"De olympische kampioene is een echte winnaar. Waar ze start, wil ze het beste van zichzelf geven"
“Ik veronderstel dat het wel een beetje zal wringen, want ze is een echt competitiebeest. Maar als je kijkt naar haar voorbereiding op de vorige Olympische Spelen, die was ook verre van ideaal."
"Toen heeft ze, vooral door corona, ook anderhalf jaar geen wedstrijden geturnd. Het EK in Bazel liet ze toen schieten door een lichte blessure. Voor Tokio heeft ze aan amper twee wedstrijden deelgenomen en toch was ze net op tijd in topvorm.”
“Risico’s nemen heeft nu ook geen zin. Misschien kan je in andere sporten aan 80% in een competitie starten, maar turnen is een te gevaarlijke sport. Als je niet in
vorm bent, is het risico op een val of een blessure gewoon te groot."
"Nina werkt heel professioneel en stelt bepaalde doelen. Haar volgende grote doel is het WK in Antwerpen. Ze weet heel goed wat ze wil en wat ze nodig heeft om haar doel te bereiken.”
Turnen is een te gevaarlijke sport. Als je niet in vorm bent, is het risico op een val of blessure te groot
Op de Europese kampioenschappen in München in augustus gaf Nina Derwael commentaar aan de zijde van Inge Van Meensel.
"Daar heb ik gezien hoe graag ze nog wil turnen op het hoogste niveau. De passie is er nog altijd, het vuur ook. Hopelijk wil haar lichaam ook nog enkele jaren mee."
"In de teamcompetitie op dat EK eindigde België, zonder Nina, knap vijfde. Toen de meisjes na afloop stonden te knuffelen, zag ik dat Nina best emotioneel was. “Ik wil daar staan, met mijn team, met mijn meisjes”, zei ze toen. Dat was voor mij de bevestiging dat ze nog niet klaar is met turnen”, besluit Van Meensel.