Achter elk sprookje gaat een auteur schuil. Bij Villarreal is dat de Spaanse miljardair Fernando Roig (74). Rijk geworden door de verkoop van keramische tegels, roem verworven met zijn voetbalclub. Dit is het verhaal van de grote revelatie in de Champions League.
Succes zit in het DNA van de familie Roig.
Juan bouwde 8 slagers uit tot de warenhuisketen Mercadona met 1.400 vestigingen, de grootste in Spanje. Zijn geschat vermogen: bijna 4 miljard euro.
En dan is er zijn jongere broertje Fernando, die zijn fortuin van 1,4 miljard verdiende in de keramieksector en herinvesteerde in de lokale voetbalclub Villarreal. Die loodste hij van de Spaanse tweede klasse naar de laatste vier in de Champions League.
U mag zelf oordelen wie van de twee broers de strafste hemelbestormer is.
250.000 euro
Bij voetbalfans zal het antwoord na de voorbije maanden volmondig Fernando zijn. Na Juventus schakelde de provincieclub nu ook Bayern München uit.
Om die prestatie te kaderen: als de volledige bevolking van het stadje in de Allianz Arena had gezeten, waren er nog steeds 25.000 vrije plaatsen geweest. Met amper 50.000 inwoners kroonde Villarreal zich vorig jaar tot de kleinste stad die ooit die een Europese beker won.
Tot 1997 speelt de club nochtans in zijn gewichtsklasse. Het schommelt als lichtgewicht tussen de Spaanse vierde en tweede afdeling, werkt thuisduels af in een vervallen stadion en heeft amper één jeugdploeg.
Alles verandert wanneer Roig aan het roer komt.
Op dat moment is zijn broer Juan nochtans voorzitter bij het grote Valencia, maar Fernando wil zelf de lijnen uitzetten bij een club. In een klein restaurant kondigt hij tijdens een persconferentie de aankoop van tweedeklasser Villarreal aan voor 250.000 euro.
Roig zou vervolgens een veelvoud in de uitbouw van de club pompen. Niet zoals vele andere clubeigenaars door meteen een handvol grote en bekende namen aan te kopen, wel door slim te investeren in scouting, de jeugdwerking en de accommodatie.
Modern sprookje
Bijna meteen na de overname zou er succes volgen. Een jaar later promoveert Villarreal voor het eerst in de clubgeschiedenis naar de Primera División. Ondanks een kleine terugslag - de club degradeert meteen weer - kan de opgang niet gestopt worden.
Na de grote terugkeer nestelt Villarreal zich op een knappe zevende plaats. In 2004 zou na Spanje ook Europa kennismaken met de ambitieuze club. Vedetten zoals Martin Palermo en Juliano Belletti leiden Villarreal tot in de halve finale van de UEFA Cup.
Twee jaar later zou het onder trainer Manuel Pellegrini nog straffer doen door naar de laatste vier in de Champions League door te stoten, met Juan Román Riquelme, Santi Cazorla en Diego Forlan als grote sterren.
Een modern sprookje.
Alleen zou het voetbal in de daaropvolgende jaren in sneltempo veranderen, met exotische investeerders die niet kijken op honderd miljoen meer of minder.
Villarreal blijft evenwel trouw aan zijn visie en mikt op afdankertjes van topclubs aangevuld met eigen jeugd. De "Gele Duikboot" slaagt er bijna steeds in om zich op Europese plaatsen te parkeren - alleen de onverwachte degradatie in 2012 is een klap.
Gemist hoogtepunt
Maar de ambitieuze Fernando Roig droomt van meer.
Er moet eindelijk een glimmende trofee komen in de lege prijzenkast van de club. Met dat doel voor ogen haalt hij in 2020 succestrainer Unai Emery naar Villarreal.
De meestertacticus lost alle verwachtingen in door het provincieclubje naar de finale te loodsen tegen grootmacht Manchester United. Een volksfeest barst uit na de gewonnen strafschoppenreeks.
Wie er niet bij is op het hoogtepunt in de clubgeschiedenis?
Uitgerekend de architect.
Fernando Roig zit noodgedwongen thuis na een coronabesmetting. En ondanks een negatieve test op de wedstrijddag laat de UEFA hem niet binnen.
Jeugdproduct Pau Torres draagt na afloop de prijs wel op aan zijn voorzitter - het zegt alles over zijn aanzien binnen de club.
Het knaagt aan Roig, die vastbesloten is om zo'n climax ook eens vanop de eerste rij mee te maken. Dus wanneer de steenrijke Saudi's van Newcastle aankloppen voor trainer Emery, houdt de voorzitter het been stijf. Voor oliedollars verkoopt hij zijn dromen niet.
Gaat die straks al in vervulling?