Vreemd moment in de finale van de Amstel Gold Race: de eenzame leider Tadej Pogacar kreeg het gezelschap van de eerste koerswagen met directeur Leo van Vliet aan boord. Die bleef wel erg lang als buffer voor de Sloveense solist rijden, maar minimaliseert wat er gebeurd is. De slipstreampassage werd niet gesmaakt door commentatoren en wielervolgers.
Net toen Tadej Pogacar opgejaagd werd door Ben Healy en zijn voorsprong leek te slinken, kwam de eerste koerswagen met koersdirecteur Leo van Vliet duidelijk voor hem postvatten.
"Dit zijn incidenten waar de koers niet beter van wordt", reageerden onze commentatoren. "Zo'n profileringsdrang mag achterwege blijven."
"Het zou het resultaat waarschijnlijk niet beïnvloed hebben, maar dit hoeft echt niet."
Walter Planckaert, ploegleider bij Flanders Baloise (niet in koers), zou zijn chauffeur geweest zijn.
"Het leverde hem wat voordeel op, al duurde het niet al te lang", nuanceerde analist Jan Bakelants.
"Er is door die auto een aanzuigeffect, om het plastisch uit te leggen. En je krijgt een vacuüm met lagere luchtdruk."
"Het is een kleine smet op het blazoen van deze Gold Race, maar ik wil vooral benadrukken dat Pogacar er niets aan kan doen. Maar het mag zeker niet gebeuren."
Koersdirecteur: "Stayeren? Dat is helemaal niet waar"
Bij de Nederlandse collega's van Algemeen Dagblad gaf Leo van Vliet zijn versie van de feiten.
"Ik heb de commotie opgevangen, ja", begon hij zijn uitleg. "Wij reden achter Tadej Pogacar en Ben Healy kwam dichter. Dan moet je weg en het werd ginds steeds smaller."
"We zijn voorbij Pogacar gegaan en dan moet je voorzichtig zijn. Als iemand dan een foto maakt van dat moment... Wat moet ik daarmee? We kijken beter naar de mooie koers die we gehad hebben."
Van Vliet ergerde zich meer en meer tijdens het gesprek. "Dat we een kilometer net voor hem reden? Dat is helemaal niet waar. Kijk naar de beelden. Wij reden ervoor, maar hij had er niets aan. Ik heb zelf ook gefietst. Ik kan het me niet voorstellen."
"Wat heb ik voor baat om dat te doen? Wij reden ver genoeg voor hem. Er is niets aan de hand."
Waarna de Nederlandse koersdirecteur zich helemaal opwond bij de stelling dat hij liever Pogacar dan Healy op zijn erelijst zag. "Laat ze maar doen. Ik kan er niets mee."