Geslaagd, maar zonder onderscheiding. Met een derde van de reguliere competitie achter de rug oogt het rapport van de top 6 in de Jupiler Pro League mager. Zijn onze topclubs almaar minder goed voorbereid, of schuilt er iets anders achter de cijfermatige neerwaartse spiraal? "Het is al 15 jaar hetzelfde liedje", countert Wim De Coninck de statistieken.
Had je dit seizoen al het gevoel dat het niveau dat de Belgische topclubs halen niet al te spetterend is?
Een vergelijking met de voorbije 10 seizoenen geeft je gelijk. Na 10 speeldagen sprokkelde de top 6 nooit minder punten dan dit seizoen.
Met een gemiddelde van 17,5 punten op 30 is de top 6 maar net geslaagd.
Statistieken na 10 speeldagen | ||
---|---|---|
Seizoen | Gemiddelde top 6 | Leider |
2015-2016 | 18,67 | 23 (KV Oostende) |
2016-2017 | 18,5 | 21 (Anderlecht) |
2017-2018 | 19,83 | 27 (Club Brugge) |
2018-2019 | 20,83 | 26 (KRC Genk) |
2019-2020 | 19,16 | 24 (Club Brugge) |
2020-2021 | 18,6 | 20 (Antwerp) |
2021-2022 | 18,5 | 20 (KAS Eupen) |
2022-2023 | 21 | 27 (Antwerp) |
2023-2024 | 18,5 | 22 (Union) |
2024-2025 | 17,5 | 22 (KRC Genk) |
Aan competitieleider KRC Genk ligt het niet. De Limburgers hebben 22 punten gesprokkeld na 10 speeldagen, net als Union vorig seizoen.
In 2020-2021 en 2021-2022 hadden leiders Antwerp en Eupen zelfs maar 20 op 30, maar de kloof met de achtervolgers was een pak kleiner.
Antwerp had in 2020 amper 2 punten voorsprong op de nummer 6. Nu heeft Genk 7 punten voor op nummer 6 Westerlo.
Ook tekenend voor het niveau: van 2015 tot 2023 haalde de top 6 minstens 5 zeges op 10 wedstrijden, met uitzondering van 2018. Toen kon alleen de top 5 dat rapport voorleggen.
De voorbije 2 seizoenen hebben die cijfers een duik genomen. Vorig jaar kon alleen de top 4 minstens 5 overwinningen boeken op de eerste 10 speeldagen. Dit seizoen is dat alleen de top 3: Genk, Antwerp en Gent.
De cijfers anders bekeken
Rooskleurig zijn de cijfers dus niet voor de G6. "Maar eigenlijk moet dat goed nieuws zijn!", weerlegt Wim De Coninck de neerwaartse grafiek.
"Dat wil zeggen dat die andere clubs het toch altijd weer goed doen met de - tussen aanhalingstekens - beperkte middelen die ze hebben. De middenmoters doen uitstekend hun werk in de zomer, terwijl toppers dan nog bezig zijn met Europees voetbal afdwingen en bouwen."
"Onze competitie is een zeer spannende competitie, niet alleen door de play-offs en halvering van de punten", meent de analist. "Je ziet nu ook al dat alles op een hoopje ligt."
Zo worden de nummers 3 en 14 in het klassement gescheiden door slechts 6 punten.
Spanning in klassement JPL | |
---|---|
1. KRC Genk | 22 punten |
2. Antwerp | 19 punten |
3. KAA Gent | 17 punten |
14. OH Leuven | 11 punten |
"Goed, dat wil ook zeggen dat er bovenin jou veel punten verloren worden door de zogezegde topploeg die verwacht worden van daar te gaan staan", geeft De Coninck toe.
"Al zie ik ze ook wel allemaal een opwaartse beweging maken. Ik ben er zeker van dat ze hun plek weer zullen innemen aan de top van de stand."
"Ik moet wel toegeven dat ik graag kijk naar ploegen als Westerlo en Dender, die getraind worden door jonge Belgen. Maar in de lente gaan zij hoogstwaarschijnlijk toch net tekortkomen tegen die top zes."
We hebben nogal snel de neiging om te zeggen dat het niveau naar beneden gaat.
En dat het algemene niveau in de Belgische eerste klasse daalt?
"Ik zie dat helemaal anders", zegt de analist stellig. "Het is al vijftien jaar hetzelfde liedje. Na elk seizoen worden onze beste spelers verkocht aan de grotere competities. Oké, er zijn smaakmakers verdwenen, maar dan staan er altijd nieuwe op."
"We hebben nogal snel de neiging om te zeggen dat het weer minder goed is en dat het niveau naar beneden gaat. Dat komt omdat we zelf soms het niveau onderschatten."
"Buitenlanders die hierheen komen, schrikken van het tempo en de intensiteit. Voetbaltechnisch is het geen Champions League-niveau, maar als je kijkt naar de budgetten wordt er uitstekend gewerkt in België."
Aan de topclubs om het geloof in hun werking nu om te zetten in puntengewin.