Geen nieuwe ontmoeting met Duitsland, wel een clash met gastland Frankrijk: dat wordt de opdracht van de Belgian Cats in de halve finales op de Olympische Spelen. De Fransen waren woensdag in de kwartfinales een maatje te groot voor de Duitsers.
Duitsland had zich op deze Olympische Spelen ontpopt tot toernooirevelatie, met in de groepsfase onder meer die overwinning die de Belgian Cats bijna de kop kostte.
In de kwartfinale tegen Frankrijk was de start van de Duitsers nog behoorlijk goed, maar de intrede van dirigente Marine Johannes bij Frankrijk deed de partij helemaal kantelen.
Met haar gekende flair begon de Française de lakens uit te delen, waarbij ze scoorde en liet scoren. Toen ook Gabby Williams haar draai begon te vinden, ging het plots snel. Niet geholpen door een karrenvracht aan balverliezen (20 in totaal) keek Duitsland bij de rust tegen een achterstand van 12 punten aan: 45-33.
Een onherkenbaar Duitsland, met een onzichtbare Satou Sabally, slaagde er in de 2e helft niet meer in om de rug te rechten, op enkele opflakkeringen na.
Frankrijk speelde met enorm veel energie en intensiteit, werkte zijn driepunters aan een prima percentage af en had altijd nog de onnavolgbare Johannes (24 punten) om het team over een minder moment heen te tillen. Eindstand: 84-71.
De Fransen worden vrijdag dus de tegenstander van de Belgian Cats, die meteen gewaarschuwd zijn: dit Frankrijk, dat bijzonder diep kan roteren zonder kwaliteitsverlies, is geen katje om zonder handschoenen aan te pakken.