Kan de Belgische (wieler)delegatie zaterdag al een feestje bouwen? Op dag 1 van de Olympische Spelen rijden de vrouwen en de mannen hun tijdrit in Parijs. Remco Evenepoel mikt resoluut op goud, Wout van Aert en Lotte Kopecky kunnen vanuit hun rol als underdog proberen toe te slaan. Lees hier onze vooruitblik.
De mannen en vrouwen krijgen op zaterdag 27 juli een identieke omloop voorgeschoteld. De grote lijnen: 32,4 kilometer, zo'n 150 hoogtemeters, niet te veel bochtenwerk en een cadeautje voor de stevige motoren.
De vrouwen beginnen er om 14.30 uur aan, de mannen zijn vanaf 16.30 uur aan zet.
Het startpodium is opgesteld aan de Esplanade des Invalides. Na zo'n 4 kilometer steken de tijdrijders de Seine over en na de passage aan de Place de la Bastille kunnen de pk's helemaal aangesproken worden.
De snelheidsmachines enteren het Bois de Vincennes, waar ze een tijdje zullen bivakkeren.
Na een groet aan de Vélodrome Jacques Anquetil, waar de Tour de France eind jaren 60 en begin jaren 70 finishte, naderen we het eerste tussenpunt. Aan het Château de Vincennes, na 13,4 kilometer, krijgen we een eerste indicatie.
Het bosspel gaat nog een tijdje door en bij een tweede bezoek aan het Château de Vincennes, na 22,3 kilometer, krijgen we weer een stand van zaken.
Dat tussenpunt is ook het bord van de laatste 10 kilometer, waarna we veel herkenningspunten zien van in het eerste gedeelte.
Bij het aansnijden van Place de la Bastille is het parcours identiek aan dat van de aanhef, in tegengestelde richting natuurlijk. Op de Pont Alexandre III wordt afgeklokt.
Bij de mannen: Evenepoel voor goud, Van Aert een trapje lager
Eén ding is zeker: bij de mannen krijgen we een nieuwe olympische kampioen. Primoz Roglic ligt in de lappenmand, maar de titelverdediger was sowieso al niet geselecteerd. De zilveren Tom Dumoulin en de bronzen Rohan Dennis zijn intussen gestopt.
Voor de volledigheid: de rest van de top 10 in Tokio bestond uit Küng, Ganna, Van Aert, Asgreen, Uran, Evenepoel en Bevin.
In Japan werd Remco Evenepoel "slechts" 9e, maar de wereld ziet er nu helemaal anders uit dan in 2021. Evenepoel verschijnt als wereldkampioen in dit vak aan de start en vindt een parcours dat hem wel zou moeten bekoren.
Onze landgenoot zou geen neen gezegd hebben tegen een tikje meer hoogteverschil, maar zal zijn aerodynamica alleszins veel meer kunnen aanspreken dan bijvoorbeeld afgelopen zondag in Nice.
Ter vergelijking: de tijdrit die hij won op dag 7 van de Tour was er eentje van 25,3 kilometer (nu 32,4 kilometer) met 300 hoogtemeters (nu 150).
Evenepoel is gezien zijn status en vormpeil (top)favoriet, maar heeft de voorbije weken natuurlijk geen seconde rust gehad.
Van Firenze tot in Nice is hij tot het gaatje moeten gaan en van een aangepaste voorbereiding op de tijdritfiets is geen sprake. Evenepoel deed na elke etappe zijn afkoelingsritueel op zijn tijdritbolide, maar dat zijn natuurlijk geen klassieke trainingen.
Dat deed zijn vertrouwen aan de Côte d'Azur alleszins geen kwaad. "Ik wil zaterdag winnen", vertelde hij er na de podiumceremonie.
Evenepoel bleef tot woensdagochtend in Nice om de reistijd zo beperkt mogelijk te houden en om een beetje rust te vinden, iets waar Wout van Aert ook naar op zoek was met zijn gezin.
Van Aert sprak afgelopen winter in tempore non suspecto opvallend vaak over de tijdrit toen de Spelen ter sprake kwamen, maar de realiteit heeft hem intussen ingehaald.
Na zijn crash in Dwars door Vlaanderen heeft Van Aert amper op zijn tijdritfiets gezeten. De belastende houding aannemen was allesbehalve comfortabel door het blessureleed en er was simpelweg te weinig tijd voor nevenprojecten richting de Tour.
Zijn 2 tijdritten in Frankrijk (24e en 120e) waren niet rooskleurig. Zondag nam hij een snipperdag, bij de eerste chrono hoopte hij "op betere benen in Parijs".
Een nieuwe G3 in Parijs na de drietand in de Tour
Recente referentiepunten in competitie zijn er niet voor de twee overige topfavorieten: Filippo Ganna en Joshua Tarling.
Ganna heeft zijn seizoen afgesteld op Parijs, waar hij zaterdag wil uitpakken en later ook op de piste Jan en alleman wil afdrogen.
De Italiaan - sinds donderdag 28 jaar - nam begin juli nog deel aan de Ronde van Oostenrijk. Hij won er ook de etappe die uiteindelijk een gitzwarte rand kreeg na het overlijden van André Drege.
Ganna imponeerde er wel en als Evenepoel niet geheel ontevreden is over het parcours, dan zal de tweevoudige wereldkampioen dat helemaal niet zijn.
Maar Ganna is in 2024 lang niet onklopbaar en hij durft de jongste jaren wel eens te "choken" op de belangrijke momenten.
"Ik streef perfectie na. Ik ben niet bezig met mijn rivalen. Ik denk enkel aan mezelf", klopte hij zichzelf deze week nog op de borst.
Binnen Ineos is Ganna ook niet meer het enige uithangbord tegen de klok. Joshua Tarling is nog altijd maar 20 jaar, maar heeft zich in geen tijd tot de crème de la crème van dit vak gekatapulteerd.
De Europese kampioen nam de handschoen al op tegen de wereldkampioen in de voorbije Dauphiné. In Neulise eindigde Tarling na 34,4 kilometer (427 hoogtemeters) op 17 tellen van onze landgenoot, die toen nog niet in topvorm was.
Is het podium - de plaatsen, niet de volgorde - ingevuld met Evenepoel, Ganna en Tarling?
Stefan Küng stapte enkele dagen voor de slotrit uit de Tour om zich klaar te stomen voor Parijs. De Zwitser heeft nog een olympische rekening die vereffend moet worden: in Tokio eindigde hij op enkele honderdsten van brons.
De overige deelnemers lijken vooral de plaatsen 4 tot 10 onder elkaar te zullen verdelen.
Stefan Bissegger schreeuwt al een tijdje om een knalprestatie, Mikkel Bjerg, Brandon McNulty en Magnus Sheffield zullen op een superdag moeten rekenen om een medaille op te eisen.
Nog interessante namen op de beperkte deelnemerslijst: Lucas Plapp, Jan Tratnik, Mattias Skjelmose, Ethan Hayter, Kévin Vauquelin, Daan Hoole, Alberto Bettiol, Oier Lazkano, Tobias Foss, Nils Politt en Derek Gee.
Bij de vrouwen: Van Dijk versus Dygert, Kopecky met kans op brons
Ook bij de vrouwen krijgen we sowieso een nieuwe naam op de erelijst. In Tokio wiste Annemiek van Vleuten de dramatische wegrit uit, Marlen Reusser en Anna van der Breggen flankeerden haar op het podium.
Van Vleuten en Van der Breggen zijn gestopt, al keert die laatste straks terug. Reusser kampeert al een tijdje in de wachtkamer bij haar arts en is er niet bij.
Kijken we bij de mannen naar 3 tenoren, dan spotten we bij de vrouwen 2 kanjers. Nederland huisvest met Ellen van Dijk alvast een van de topfavorieten.
Van Dijk trekt op haar 37e als mama naar de Spelen, wat de uitdaging na de geboorte van Faas begin oktober 2023 er niet makkelijker op maakte.
Een extra vluchtheuvel was de enkelbreuk die de drievoudige wereldkampioene begin juni opliep. Van Dijk won haar race tegen klok en staat aan de start in Parijs, maar reed geen koers meer sinds begin mei.
De andere A-lister, Chloe Dygert, is ook een tijdritbeest met een verhaal. Op het jongste WK in Glasgow trok ze met de wereldtitel een streep achter de horror van 2020. In Imola maakte Dygert een vreselijke val en stond ze voor een lange revalidatie.
De partner van Axel Merckx werd in Tokio 7e en staat er nu een pak beter voor, maar sinds de Ronde van Vlaanderen liet ze geen resultaten of koersdagen meer optekenen.
In normale omstandigheden verdelen Van Dijk en Dygert goud en zilver onder elkaar, de strijd voor het brons ligt helemaal open. Duikt Lotte Kopecky in dat gat?
Kopecky heeft een druk programma in Parijs met veel belangrijkere en meer haalbare doelen, maar toch heeft ze stiekem een nevendoel gemaakt van deze tijdrit.
Het BOIC en Belgian Cycling hebben haar de nodige steun gegeven en met haar benen van in de Giro Donne zou een bronzen stunt van Kopecky lang niet ondenkbaar zijn.
Elisa Longo Borghini zal na de Giro zeker op een roze wolk fietsen, Grace Brown eindigde op het vorige WK op amper 6 seconden van Dygert.
Nemen we die Schotse regenboog als referentie, dan noteren we ook Christina Schweinberger, Anna Henderson en Juliette Labous op de shortlist.
Door de selectiecriteria was er geen plaats voor Riejanne Markus en is Demi Vollering de tweede Nederlandse in de race, maar het parcours lijkt niet lastig genoeg voor de Tour-winnares.