Wie er vanavond ook wordt uitgeschakeld, eens de eerste ontgoocheling verwerkt is, kan de relativering “het is maar voetbal” wel helpen. Dat geldt zeker in een land waar een oorlog woedt. En toch, tegelijk is het EK voor Oekraïne nu ook méér dan voetbal. “Het zorgt voor afleiding en is een “small light” voor ons land”, vertelt vluchteling Aleksander Zoebrisky, die niet in Odessa, maar in Oostakker zal supporteren voor zijn land tegen de Rode Duivels. Sporza zocht hem op.
Het salueren van Roman Jaremtsjoek na zijn goal tegen Slovakije, de tranen in zijn ogen bij het einde van die match. Bij Oekraïne speelt er op dit EK meer dan enkel voetbal.
Dat is ook zo bij de vele Oekraïners die sinds 22 februari 2022 en de Russische inval het land ontvlucht zijn. Op dit moment verblijven er 60.996 mensen in ons land die als Oekraïner het statuut van tijdelijke bescherming in de Europese Unie genieten.
Eén daarvan is Aleksander Zoebrisky. Via zijn zus, die eerder al in ons land was, belandde hij 9 maanden geleden in Gent en vond snel onderdak in het zogenaamde “nooddorp” in Oostakker.
“Het Oekraïense Las Vegas noem ik het”, lacht de jongeman.
Dat is voor alle duidelijkheid ironisch: verwacht geen neonlichten, laat staan casino’s, wel een “wijk” met nieuwe containers, waar momenteel meer dan 200 personen verblijven.
"Oppassen voor Moedryk, Dovbyk en Loenin"
Aleksander “Sasja” Zoebrisky ruilde Odessa voor Oostakker, waar hij al snel werk vond. Dat werk belette hem wel om de eerste EK- matchen van Oekraïne te volgen, zuur voor zo’n voetbalfan als hij.
Ook in zijn thuisland kan het EK niet altijd gevolgd worden, maar om een andere reden.
“Er moet natuurlijk stroom zijn om te kunnen kijken. Maar als dat er is, wordt er zeker gekeken. Ook door de soldaten aan het front!”
Zeker daar, maar in het hele land zorgt het voetbal voor wat afleiding. “Het is “a small light”, een klein lichtpuntje.” In duistere tijden. En als er gewonnen wordt, dan wordt er gevierd, maar ingetogen en in de mate van het mogelijke.
Een groot contrast met het vorige EK 3 jaar geleden, toen Oekraïne de kwartfinales haalde. “Dat was toen een dol feest, dat kan nu natuurlijk niet meer”, vertelt Aleksander.
De nederlaag tegen Roemenië in de eerste match was ook voor hem een kleine shock – “maar dat was jullie verlies tegen Slovakije ook”, lacht hij.
Voor wie moeten de Duivels vanavond oppassen? “Moedryk, Dovbyk en Loenin” zijn de niet zo verrassende namen die hij noemt.
En welke Belg hij wel in zijn team zou willen? “Kevin De Bruyne” – ook daar geen verrassing.
En voor wie zal hij supporteren als Oekraïne niet meer meedoet? “België!”, antwoordt hij zonder aarzelen.