Zou hij het drie jaar geleden zelf nog durven gedroomd te hebben? Exact 1.100 dagen na zijn hartstilstand op Euro 2020 keerde Christian Eriksen terug op het EK-toneel met een doelpunt. Een emotioneel moment voor de Deen. "En ik heb nu al meer gespeeld dan op het vorige EK", straalde hij achteraf.
Wat een wereld van verschil.
Vandaag kroonde Christian Eriksen zich met een knap doelpunt tegen Slovenië ei zo na tot matchwinnaar voor Denemarken op het EK. Een vreugdemoment dat in schril contrast stond met de gebeurtenissen van 12 juni 2021.
Christian Eriksen ging toen in de partij tegen Finland op het EK plots tegen de grond. De voetbalwereld stond even stil. Een hartstilstand, bleek al snel.
De Deense sterspeler kreeg - afgeschermd door een schild van ploegmakkers - minutenlang hartmassage. Met succes, want de situatie liep goed af en Eriksen kon het veld bij bewustzijn verlaten.
Maar zijn voetbalcarrière? Die leek voorbij. Althans, dat waren de eerste vooruitzichten. Want al snel zou de Deen met een defibrillator weer op voetbalvelden verschijnen.
Ik voelde vertrouwen om weer op het veld te staan.
Via Brentford klom de Deen de voetballadder weer omhoog en na een half seizoen speelde Eriksen zowaar al bij Manchester United.
Maar een terugkeer op het EK, dat was de speciaalste stap voor de draaischijf. "Gelukkig zijn er tegenwoordig al veel wedstrijden gepasseerd sinds het voorval", refereerde hij na de match naar zijn hartfalen.
"Ik voelde vertrouwen om weer op het veld te staan. Deze keer is mijn verhaal op het EK ook helemaal anders dan op het vorige EK."
En dat onderstreepte Eriksen al na 17 minuten met een goal. "Daar was ik echt heel blij mee. Maar er flitste alleen door mijn hoofd dat ik nog nooit eerder gescoord had op een EK. Niets anders dan voetbal."
Een doelpunt dat hem meteen bombardeert tot oudste Deense doelpuntenmaker op een EK. Maar bovenal: een doelpunt dat hem bijzonder veel deugd moet doen.
"Het was leuk", beaamde hij zelf nog even bescheiden.
