De beelden van een verkleumde Skjelmose staan nog op ieders netvlies gebrand. Met een onderkoeling moest hij van zijn fiets gehaald worden in de Waalse Pijl. Hoe komt het zover en kan je herstellen van zo'n slijtageslag? Bondsdokter Kris Van der Mieren beantwoordt 5 vragen.
1. Hoe komt het zover?
Door de wind, door de regen. Iets waar een doorgewinterde renner geregeld mee afrekent.
Maar de ijskoude omstandigheden van in de Waalse Pijl waren toch van een ander niveau. Sneeuw en - bij momenten - temperaturen tegen het vriespunt zorgden voor een slijtageslag.
"Dan is het typisch dat die onderkoelingsverschijnselen vooral in de Ardennenklassiekers te zien zijn", verklaart bondsdokter Kris Van der Mieren.
"In de afdalingen gaat de snelheid omhoog, is er opspattend water en worden renners doornat. Dan koelt het lichaam snel af. Wissel dat af met intensieve beklimmingen en korte momenten van warmte ..."
"Eens de lichaamstemperatuur na wat kwakkelen onder de 35 graden zakt, beginnen de problemen."
2. Wat brengt het teweeg bij rennerslichaam?
"Allereerst gaat het lichaam zich proberen te beschermen met basisreacties als kippenvel en bibberen. Dat om de temperatuur op peil te houden."
Al is dat na uren op de fiets uiteraard niet voldoende.
"En dan begint het metabolisme te vertragen", gaat Van der Mieren voort.
"De motor stokt letterlijk en ook energie wordt zoveel mogelijk gespaard, want het lichaam gaat in overlevingsmodus door de extreme stresssituatie."
"Alles wat niet dient om de vitale organen te beschermen, is met andere woorden energieverkwisting. Want tja, je lichaam weet niet dat je een koers rijdt."
3. Waarom schudde Skjelmose zo hard?
Hét beeld dat nablijft na de Waalse Pijl, is de opgave van Mattias Skjelmose en zijn aftocht naar warmere oorden.
Hoe komt het toch dat hij zijn ledematen nauwelijks kon controleren?
"Het gevoel in je spieren vermindert", pikt de bondsdokter in. "Net als de scherpte van je bewustzijn. Daardoor kan je minder accuraat reageren."
Of in dit geval: wandelen.
"Gelukkig is er steeds een goede omkadering in het wielrennen. In extreme omstandigheden gaan mensen daardoor in coma. Als de lichaamstemperatuur onder de 34 graden zakt, kan het zelfs tot de dood leiden."
4. Hoe herstel je van de slijtageslag?
Lotte Kopecky verkoos een warm bad, Skjelmose werd meteen onder een hete douche geduwd. Is dat de manier om te herstellen van extreme koude?
"Die kou kan soms echt uren in je lichaam zitten. Het is een aanslag op je organen die moeten herstellen", zegt Van der Mieren.
"Dus is snel opwarmen één, energie opwekken is iets anders. Eigenlijk weet je pas weken na de inspanning hoe het echt zit. Er zijn zelfs verhalen van renners die achteraf nooit meer dezelfde waren."
Al zal het zover waarschijnlijk niet komen.
"In 98% van de gevallen komt het goed na enkele weken. Al weet je dat niet meteen en is er nooit helemaal die zekerheid. Het is niet altijd onschuldig."
5. Had het kunnen voorkomen worden?
Een mokerslag. Zo voelde het ook bij Kwiatkowski, die op sociale media deelde dat het voelde "als drie shots wodka op de nuchtere maag."
Kan het in enkele seconden op zijn bij een renner?
"Het licht kan vrij snel uitgaan", beaamt Van der Mieren, die snapt dat het moeilijk te voorkomen is om helemaal leeg te lopen van de kou. "Niet in seconden, wel in enkele minuten."
"Het is als de druppel die de emmer doet overlopen. Dan moet je stoppen, maar renners willen altijd doorgaan."
"Voor hen is het gewoon een vorm van afzien. Maar daar ligt net het gevaar: door de extreme uitputting kan je minder accuraat reageren."
Dus is voorkomen lastig en hebben we geluk dat er weinig te genezen valt.