De Belgische Handbalbond KBHB maakt werk van twee handbalacademies: een onder en een boven de taalgrens. Doel is om talentvolle jongens en meisjes een handbalcarrière te laten uitbouwen in een schoolomgeving. Het project geniet de steun van de Europese Handbalfederatie EHF.
Handbal staat al meer dan 50 jaar op het olympische programma, maar in ons land heeft de sport geen topsportstatuut. Een aderlating voor talent dat zich wil ontplooien.
Met de plannen voor twee handbalacademies in ons land wil de KBHB jonge handballers weer de kans geven om een carrière uit te bouwen.
Voor het project kan de handbalbond rekenen op de financiële steun van de Europese handbalfederatie EHF. Het plan is onlangs goedgekeurd, Bart Lenders zal het project leiden.
Lenders speelde in zijn carrière voor Neerpelt en Bocholt. Na zijn spelerscarrière begon hij aan een succesvolle trainerscarrière bij Achilles Bocholt waarmee hij 13 prijzen won: 5 keer de BENE-League, 4 landstitels en 4 keer de Beker van België.
De handbalacademies worden zijn nieuwe uitdaging. Zijn opdracht: jong talent opleiden en de weg wijzen naar een internationale carrière.
Van 13 tot 18 jaar
"Het is de bedoeling dat talentvolle jongens en meisjes studeren combineren met topsport", zegt Jonathan Vandeberg, technisch directeur van de KBHB. "De leeftijdsgroep die we voor ogen hebben zijn jongeren van 13 tot 18 jaar."
"Tijdens hun schooluren worden trainingen ingelast in combinatie met een club waar er na school ook getraind zal kunnen worden. Na afloop van de schoolweek keren de jongeren terug naar hun club waar ze in het weekend wedstrijden kunnen spelen."
"Tijdens de vakantie zijn er activiteiten met de nationale selecties zodat ze ook dan aan het handballen blijven."
"Het uiteindelijke doel is om het klaar te stomen voor een nationale of internationale carrière zoals bijvoorbeeld Jef Lettens en Nele Antonissen.”
