Vandaag komen de boksers voor het eerst in de ring op de Europese Spelen in Polen. In die discipline staat er veel op het spel: de halve finales halen, is goed voor een ticket voor de Zomerspelen van volgend jaar. Van het trio Belgen dat in actie komt, zijn er zeker twee die hardop dromen van Parijs. "De Olympische Spelen? Dat zou met niets te vergelijken zijn."
Oshin Derieuw en Vasile Usturoi. De ene komt uit het profboksen en verloor daarin geen enkele kamp, de andere werd één jaar geleden Europees kampioen olympisch boksen.
“Het was 71 jaar geleden dat België een Europese bokskampioen had”, zegt Usturoi. Hij verhuisde op zijn 12e van Roemenië naar België en kent de boksgeschiedenis hier maar al te goed.
“Volgend jaar is het 32 jaar geleden dat er een Belg bokste op de Olympische Spelen. Dat zou toch groots zijn, ik hoop nog wat meer geschiedenis te schrijven!"
Als ik de Spelen haal, kan ik een voorbeeld zijn voor de volgende generaties. Het zou met niets te vergelijken zijn!
Oshin Derieuw moet zelfs niet zoeken naar een voorgangster: zijn kan de eerste Belgische vrouw ooit worden die bokst op de Olympische Spelen.
“Alleen al door erover te spreken krijg ik kippenvel. Ik ben al 16 jaar aan het boksen, maar als ik dat zou kunnen bereiken… . Dan kan ik een voorbeeld zijn voor de volgende generaties. Het zou met niets te vergelijken zijn.”
Prof- of olympisch boksen
Dan moet Derieuw wel weer de klik maken, van prof- naar olympisch boksen. Want dat is niet hetzelfde. Om te beginnen de duur: 10x2 ronden versus 3 ronden van 3 minuten in het olympisch boksen.
“Dat is technischer en vooral veel sneller. Ik was altijd heel beweeglijk, maar mijn snelheid moest toch nog omhoog. En ik moet ook veel meer slagen uitdelen! In plaats van 1 of 2 harde.”
Nog een verschil: naar een profkamp wordt vaak maandenlang toegewerkt, tijdens een olympisch bokstoernooi zit er vaak maar 1 rustdag tussen de kampen. “Daar heb ik mijn leeftijd, 36 jaar, wel een beetje tegen. Maar we doen er alles aan om het herstel zo goed mogelijk te laten verlopen.”
Het is meer dan tien jaar geleden dat Derieuw nog een olympische kamp bokste. Nu keert ze terug en dat kan een voordeel zijn. “Ze hebben me nog niet kunnen analyseren. Ik ben een onbekende, dat is in mijn voordeel.”
(lees voort onder de foto)
Veel vertrouwen na stages
Toch waren er ook twijfels, maar die werden op een stage in Italië weggewerkt. “Ik kon er sparren met enkele toppers, onder meer de Ierse wereldkampioene, maar dat ging redelijk vlot. Het gaf me veel zelfvertrouwen!”
Ook bij Usturoi veel vertrouwen na een prima voorbereiding. “Ik had enkele goede toernooien, met een tweede en eerste plek. Nu kom ik van een stage in Duitsland en die verliep heel goed.”
Als Europees kampioen is Usturoi natuurlijk geen onbekende bij zijn concurrenten. “Ze zien me wel een beetje als favoriet ja. Zelf geef ik me 75 tot 80 procent kans op kwalificatie voor de Spelen.”
Daarvoor moet Usturoi en ook Derieuw drie keer winnen. Dan staan ze in de halve finales en zijn ze zeker van Parijs.
“Ik begin toch als underdog”, zegt Derieuw. “Maar ik denk dat we dat snel kunnen veranderen. Dat olympisch ticket kan de kers op de taart van mijn carrière zijn.”
Usturoi en Derieuw zijn vrij in de eerste ronde en komen respectievelijk pas maandag en dinsdag in actie. De derde Belgische, Mayssen Lambot, bijt zo morgen de spits af.
