Boordevol enthousiasme ging Lotto-Soudal het voorbije wielervoorjaar tegemoet, maar na vier magere maanden met weinig lichtpunten is de eindbalans ronduit zorgwekkend. Degradatie uit de WorldTour dreigt, al blijft ploegbaas John Lelangue de moed erin houden: "Op een à twee goede weken kan er veel veranderen."
Over de vele ziektegevallen: "Ik wil geen excuses inroepen, maar..."
Een sterk middenveld zonder echte spits, met die formatie hoopte Lotto-Soudal dit voorjaar wielerharten te veroveren en vooral ook koersen te winnen. Enkele goede resultaten in de openingsweken deden het beste vermoeden, maar uiteindelijk schoten Campenaerts en co telkens te kort op de grote afspraken.
"Ik analyseer het voorjaar op twee verschillende niveaus", maakt ploegbaas John Lelangue de balans op voor de Sporza-microfoon. "In de kleinere "tweederangs"-koersen presteerden we goed, al vanaf januari. Maar in de grote wedstrijden en de monumenten was het onder de verwachtingen."
"Ik wil geen excuses inroepen ...", vertelt hij, waarna hij een waslijst aan pechgevallen opsomt. "Tim Wellens viel ziek uit de nacht voor de Omloop, ons eerste grote doel. Caleb Ewan was ook goed bezig, maar enkele dagen voor Milaan-Sanremo werd hij ook ziek."
"Hij miste zo ook Brugge-De Panne en Gent-Wevelgem, waar hij onze kopman was. In de Ardense klassiekers moesten we dan ook nog Andreas Kron en de jonge Maxim Van Gils missen ..."
"We wonnen dit seizoen al twaalf keer, daarmee zitten we rond de vierde plek in de jaarranking. Maar het was wel telkens in kleinere koersen, dus ja ... De ontgoocheling overheerst", besluit hij.
Een breed middenveld, maar te weinig spitsen?
De breedte van de kern kon het gebrek aan afwerkers niet opvangen. Is de kern dan te smal? "Het is niet de bedoeling om met vijf, zes of zeven kopmannen te rijden", vindt Lelangue.
"Wellens kende een goed seizoensbegin, dus hij staat er wel. Net zoals Caleb Ewan, hij is een van de snelste jongens ter wereld. Met Arnaud De Lie hebben we nog een goede tweede sprinter, dus nieuwe jongens aantrekken heeft geen zin."
Piepkuiken Arnaud De Lie (20) moest uiteindelijk zowaar het vel redden van Lotto-Soudal en slaagde daar af en toe ook in. "Het was met De Lie niet de bedoeling om hem meteen op te branden. Hij heeft in enkele wedstrijden Ewan uitstekend vervangen. Zonder zijn oponthoud in de slotkilometer van Brugge-De Panne stond hij daar wellicht al op het podium."
"In de niet-WorldTour-wedstrijden is hij dit jaar een van de beste renners. Dat zijn ook de wedstrijden waar we willen scoren, en zulke koersen komen er nog massaal aan. Dat de meeste punten verdeeld worden in de grote ronden? Ja, maar daar hebben we Caleb Ewan om het te doen."
"Het is een jonge groep, dus we moeten er wat geduld mee hebben. Renners als Steff Cras, Harm Vanhoucke en Maxim Van Gils lieten in de schaduw al goede prestaties optekenen. Met bijvoorbeeld belofte Alec Segaert zit er ook nog een goede lichting in de wachtkamer."
Over de degradatiezorgen: "We koersen nog altijd om te winnen, niet voor de punten"
Door het succes van concurrenten als Intermarché-Wanty-Gobert lijkt het nog een zware degradatiestrijd te worden voor Lotto-Soudal, dat zijn WorldTour-licentie dreigt kwijt te spelen. "We weten dat er op amper een à twee goede weken nog veel kan veranderen. Het seizoen is nog lang", houdt Lelangue de moed erin.
"In het begin van het seizoen werd er gefocust op de concurrentie van Cofidis en Arkéa. Nu zien we dat er nog andere ploegen in de problemen komen zoals Israel-Premier Tech, Movistar of Education First. Zij waren het seizoen nochtans begonnen met een voorsprong. Maar er kan veel gebeuren."
Het motto van Lotto-Soudal luidde "Anticiperen!", een tactiek die weinig effectief bleek. "We weten dat we het vaak voor de echte finale al moesten proberen, want tegen kanonnen als Pogacar of Van Aert schiet je tekort."
"Maar of we daarom defensief catenaccio moeten spelen? Nee, we moeten met bravoure blijven koersen. We koersen nog altijd om te winnen, niet om punten te pakken."
De prestige van de 1e, 2e, 3e of 4e Belgische ploeg in het peloton te zijn, dat houdt ons niet bezig. Wij willen vooral jonge Belgische talenten doen doorgroeien.
Voor Lelangue lijkt een eventuele degradatie ook niet het einde van de wereld. "Wij hebben een lange traditie in de WorldTour, maar er zijn voorbeelden van ProContinentale ploegen die alle WorldTour-wedstrijden kunnen rijden met wildcards, kijk maar naar Alpecin-Fenix. Of speculeren op wildcards een risico is? Ik heb daar genoeg vertrouwen in."
"De prestige van de eerste, tweede, derde of vierde Belgische ploeg in het peloton te zijn, dat houdt ons niet bezig. Het doel van dit team is om jonge Belgische talenten kansen te bieden en door te doen groeien. Dat hebben we altijd gedaan."
Voelt Lelangue druk rond zijn persoon? "Ik leef met druk, dat had ik in mijn tien jaar bij BMC ook. Ik voel me niet rustig, maar ik heb wel veel vertrouwen dat het goedkomt."