Finishfoto's zijn alomtegenwoordig. In het wielrennen zijn die vaak noodzakelijk en gisteren was de technologie broodnodig om Noah Lyles tot olympisch kampioen op de 100 meter uit te roepen. Het systeem erachter is ingewikkelder dan het lijkt. "Het ziet eruit als een 2D-foto, maar eigenlijk trekt het enkel foto's van lijntjes", duidt fysicakenner Lieven Scheire.
Niet Kishane Thompson, maar Noah Lyles sprintte gisteren naar het goud in de 100 meter bij de mannen. Een finishfoto moest uitsluitsel brengen. De borstkas van de Amerikaan was net iets over de finishlijn.
"Dat komt van vroeger", weet Lieven Scheire. "Toen werd naar een touw gelopen, zoals je nu nog ziet in de marathon bijvoorbeeld. Wie als eerste het touw kon raken, won."
De vraag is dan natuurlijk waar de borstkas begint. "Het begint bij het eerste deel van de torso dat over de lijn komt, al de rest telt niet mee."
Thompson, de verliezer van gisterenavond, zette wel als eerste zijn voet over de streep. "Je hebt daar niet altijd controle over. Als je een pas zet, moet de voet naar voren", vertelt Scheire.
Moeilijke interpretatie
Hoe de finishfoto precies werkt, is zeker niet simpel.
"Het ziet eruit als een tweedimensionale afbeelding, maar eigenlijk trekt het enkel foto's van lijnen. Om de zoveel seconden wordt een lijntje getrokken. Die worden naast elkaar gelegd, waardoor het eruit ziet als een 2D-foto", zegt Scheire.
Daar stopt de les in technologie niet, want wat gebeurt er met de lijnen?
"De horizontale dimensie is de tijd, niet de ruimte. Elke milliseconde is er een foto en die zetten ze dan allemaal achter elkaar. Zo zie je dat de lopers in beweging zijn."
Een mens duidt aan waar de borststreek begint.
"Als de loper zou stilstaan op de lijn, zou je op de hele breedte een vlak zien. Het is moeilijk te interpreteren, maar het is niet zo dat er een foto is als de eerste over de lijn komt."
Het is dus telkens een foto van een lijn. "Bij wielrennen kan je dat het best zien", zegt Scheire. "Dan staan de spaken gebogen."
Toch komt er ook nog een menselijk aspect bij kijken. "Het zal voor een stuk geautomatiseeerd zijn, maar een mens duidt aan waar de borststreek begint."
"Ze klikken een pixel aan en weten meteen welke tijd dat is. Elke verticale lijn hangt vast aan een precieze tijd."
Scheire merkt tot slot nog iets anders op. "Het is geen toeval dat er zoveel horlogeproducenten wedstrijden sponsoren. Ze willen tonen met hoeveel precisie ze het kunnen."