Jasper Philipsen kwam zondag niet aan sprinten toe in Kuurne-Brussel-Kuurne en bolde als 92e over de finish. Zo werd het niet het weekend van de sprinter van Alpecin-Deceuninck. "Mijn benen zeiden neen toen de besten vertrokken."
"Ik zou in ieder geval nog niet in paniek slaan als ik na het openingsweekend nog niet veel punten heb gepakt voor de wielermanager." Dat waren de profetische woorden van Jasper Philipsen voor het openingsweekend.
66e in de Omloop Het Nieuwsblad en 92e in Kuurne-Brussel-Kuurne, een goeie uitslag zat er niet in voor Philipsen. In de Omloop was hij nog mee met de lange vlucht van Wout van Aert en co, maar in Kuurne moest hij passen.
"Ik zat goed gepositioneerd toen de vlucht met vier ontstond, met daarin Wout van Aert, Oier Lazkano, Tim Wellens en Laurence Pithie. Maar meegaan was er niet bij. Mijn benen zeiden neen en dus moest ik hen laten rijden", zegt Philipsen.
Mijn niveau is niet heel slecht, maar dat kan alleen maar beter vanaf nu.
"Ik ben nog niet goed genoeg om met de beteren mee te gaan op die kleine hellingen. Ik moet nog steeds passen. Mijn niveau is niet heel slecht, maar dat kan alleen maar beter vanaf nu."
Met het peloton had Philipsen nog kunnen sprinten voor de vierde plaats, maar een valpartij in de laatste bocht waar hij niet bij betrokken was, gooide roet in het eten.
"Ik wou graag nog eens sprinten, maar bovenal ben ik blij dat ik niet gevallen ben. Ik werd opgehouden door die valpartij net voor het intrekken van de laatste rechte lijn." De sprinter trekt nu naar de Tirreno.