Lotte Kopecky heeft daags na haar triomf in de ploegkoers samen met Shari Bossuyt net naast een medaille gegrepen in de omnium op de slotdag van de Nations Cup in Milton, Canada. Onze landgenote begon als 2e aan de afsluitende puntenkoers, maar kon geen podiumplaats verzilveren. Ze werd vierde.
De omnium is net als de ploegkoers een olympische discipline. Kopecky trok na haar voorjaar op de weg snel naar Canada om olympische kwalificatiepunten te scoren en dat is haar bij deze goed gelukt.
In het openingsnummer, de scratch, is het altijd wat zoeken voor onze landgenote, het is niet haar favoriete discipline. Ze zat te vroeg op kop op 4 à 5 ronden van het einde en zakte weg naar de 8e plaats.
In de temporace reden topfavoriete Katie Archibald en Maike van der Duin halfweg weg, de Britse en de Nederlandse slaagden erin een ronde te pakken. Kopecky trok in de slotronden in de aanval en eindigde zo als derde.
Kopecky trok die opwaartse trend door in de afvalling, het nummer waarin ze Europees en wereldkampioene is. Ze moest enkel haar meerdere erkennen in Archibald, waardoor ze als tweede - achter de ongenaakbare Britse - aan de vierde en laatste discipline, de puntenkoers, mocht beginnen.
In een gesloten wedstrijd leek Kopecky haar zilver veilig te stellen door af en toe wat punten te sprokkelen, maar het liep nog fout in de slotsprint. Ze viel daarin net buiten de punten en zo duwden de Italiaanse Elisa Balsamo en de Amerikaanse wereldkampioene Jennifer Valente haar nog van het podium.
Aan Archibald was niets te doen. De Europese kampioene won de omnium met 131 punten, Balsamo kwam uit op 110, Valente en Kopecky hadden 108, maar de Amerikaanse pakte het brons.
(lees voort onder tweet)
Degrendele out in herkansingen keirin
Op de keirin sneuvelde Nicky Degrendele in de herkansingen, dus geen finaleplaats voor de voormalige wereldkampioene om door te gaan op het elan van de sprint, waarin ze daags tevoren 4e was.
Tuur Dens en Noah Vandenbranden kwamen ook nog in actie op de slotdag. Het gelegenheidsduo eindigde als 8e in de ploegkoers, gewonnen door het Portugese duo Ivo Oliveira en Iuri Leitao.