De Fransman Frédéric Vergnoux is sinds een klein halfjaar de nationale coach van onze Belgische zwemmers. Vergnoux heeft de reputatie een mirakelman te zijn, maar er is volgens hem geen toverformule voor succes: "Gewoon hard werken."
De voorbije jaren zaten trainers en bestuurders elkaar regelmatig in de natte haartjes, iets wat de prestaties van de Belgische zwemmers niet ten goede kwam. Daarom werd met Frédéric Vergnoux een buitenlander aangesteld om iedereen op dezelfde lijn te krijgen.
Vergnoux was al coach in 9 verschillende landen en oogstte onder meer succes in Spanje, waar hij Mireia Belmonte naar een olympische titel loodste.
"Mireia was niet het grootste talent, maar haar werklust was ongeëvenaard. Er zijn hier in België zeker zwemmers met meer talent dan Mireia."
Het is meteen het adagium van Vergnoux: in de (zwem)sport zijn er geen geheimen, alleen hard werken kan je ver brengen.
"Als je de top wil bereiken, komt dit met een prijs. Dan moet je opofferingen doen. De jeugd heeft tegenwoordig zoveel keuzes, zoveel afleiding op hun gsm. Maar sport op topniveau is het tegenovergestelde. Je moet geduld hebben en je kunnen focussen op je doel."
"Er zijn hier geweldige kansen in België, een prachtig zwembad (in Antwerpen) om te beginnen. Voor de rest moet ik gewoon de overtuiging dat het mogelijk is erin pompen."
Er zijn geen geheimen. Als je de top wil bereiken, komt dit met een prijs. Dan moet je opofferingen doen.
"Beste zwemmers samenbrengen, als permanente stage"
In zijn korte tijd in België heeft Vergnoux al gemerkt dat dit een speciaal landje is. "Er is natuurlijk die taalgrens, waardoor je bijna in 2 landen werkt."
"België is zo'n klein land, dat biedt ook kansen. Zo kun je snel overal geraken. Enkel met samenwerking kun je ver geraken."
"Als Roos Vanotterdijk, Sarah Dumont en Laure Gries alle drie dezelfde training zouden afwerken in een apart zwembad, dan zou die nog niet zo goed zijn als diezelfde training in hetzelfde bad."
"Van dagelijkse competitie word je beter. Ik wil de beste zwemmers bij elkaar steken, zodat je een soort permanente stage krijgt."
Vergnoux beseft dat het Belgische zwemmen van ver moet komen. De vrees is er dat geen enkele landgenoot erbij zal zijn op de Spelen van Parijs. "Je kunt geen grote stappen zetten, wel elke dag één klein stapje. En dan kan het plots snel gaan."
"Sommigen willen je tegenwerken, er is overal jaloezie"
Vergnoux heeft niet het gevoel dat hij in België tegen windmolens aan het vechten is, "maar ik geef toe dat ik toch al af en toe twijfels heb gehad".
"Sport op het hoogste niveau, daar hoort ook jaloezie bij. Dat is niet alleen in België, in Frankrijk of Spanje is dat net zo."
"Je hebt mensen die niet willen dat het werkt, die je tegenwerken. Ik had even tijd nodig om dat te beseffen, misschien ben ik wat naïef."
Vergnoux staaft het met een anekdote. "Hier op de Vlaamse Zwemkampioenschappen had ik onze estafetteploegen in de Belgische kleuren willen zien. Maar dan zijn er mensen die hun zwemmers niet willen afstaan, omdat ze die voor hun club willen houden. Die mentaliteit remt je af."
"De trein is vertrokken", concludeert Vergnoux. "Sommigen zijn er al afgevallen, maar wie erop blijft zitten, kan ik zeggen: het zal de moeite lonen."