Of ze in Gent zullen winnen, staat nog lang niet vast, maar Michael Mørkøv (36) en Lasse Norman Hansen (29) zijn wellicht het sterkste koppel in het baanwielrennen. De Denen wonnen goud in Tokio, werden wereldkampioen en willen nu ook in Gent uitblinken. "Maar de thuisrijders hebben een voordeel", zeggen ze in koor.
Na twee dagen lijkt de Gentse Zesdaagse uit te draaien op een duel tussen Michael Mørkøv en Lasse Norman Hansen versus Kenny De Ketele en Robbe Ghys.
"Als je kijkt naar de punten, is er al een kloof met de rest. Maar er volgen nog veel koppels op slechts een ronde", analyseert Mørkøv de eerste schifting. "De race ligt nog open."
De Deen is meer dan waarschijnlijk de beste lead-out op de weg, maar is ook op de piste geen pannenkoek. Met Lasse Norman Hansen is er al enkele jaren een succesformule gevonden.
"Natuurlijk zijn er zwaktes bij ons", lacht Mørkøv als hem gevraagd wordt of hij met Hansen onklopbaar is.
"Zo is het Kuipke een hele speciale piste. De andere pistes zijn veelal dubbel zo lang. Ik was hier 6 jaar geleden voor het laatst en dat is toch een nadeel tegenover de lokale renners."
"Maar we hebben een goed partnerschap en vangen elkaars zwaktes op", vult Hansen aan. "We kunnen onze kracht hier kwijt, maar 't Kuipke is smal en technisch. Wie hier is opgegroeid, heeft inderdaad een klein voordeel."
Hansen en de weg: "Ik heb mijn draai nog niet echt gevonden"
In tegenstelling tot zijn pistepartner kan Lasse Norman Hansen weinig adelbrieven op de weg presenteren.
Hij won in 2017 wel een rit in de Ronde van Zwitserland en koerste in 2019 en 2020 bij het team van Mathieu van der Poel.
Na die vrij grijze passage volgde dit jaar een seizoen bij Qhubeka-NextHash, dat dreigt te verdwijnen. Hansen maakt in 2022 de overstap naar de Noorse talentenfabriek Uno-X.
"Ik houd wel van de weg, maar ik heb er mijn draai nog niet echt gevonden. Ik heb er zelf geen verklaring voor. Hopelijk vlot het wat meer in de toekomst", besluit Hansen.