José De Cauwer is een vat vol verhalen. Voor elke topklassieker laten we hem een anekdote uit zijn verhalentrommel schudden. Vandaag: een hobbelige terugreis na de Strade Bianche van 2023.
De meest legendarische Strade Bianche is voor José De Cauwer die van 2024 waarin Tadej Pogacar al op 81 kilometer besliste om de koers in een definitieve plooi te leggen.
Maar ook de zege van Tom Pidcock een jaartje eerder roept herinneringen op. "Omdat onze terugreis nog straffer was. Of beter gezegd: onze bijna-terugreis daags nadien", lacht De Cauwer over dat weekend in 2023.
Karl en José wandelden zondagochtend naar een lager gelegen parking waar ze zaterdag hun auto hadden achtergelaten.
Een plichtsbewuste agent weigerde hen echter door te laten omdat duizenden wielertoeristen hun Strade reden. Ons duo had geen rekening gehouden met de Gran Fondo door Siena.
Het is een goeie, leuke herinnering, maar het zal ons toch niet meer overkomen
"We hadden geen stickers op onze wagen en dachten dat hij ons wel zou doorlaten met onze accreditatie, maar dat was buiten deze agent gerekend. Het was maar 500 meter naar de hoofdweg, hij kon zelfs meewandelen, maar hij wilde niet."
Uren hebben Karl en José daar gestaan, tot groot jolijt van vele Belgische wielertoeristen die voorbijfietsten. "Sukkelaars! Nu staan we hier vast op die parking. Dit heb ik nog nooit meegemaakt", hoor je José zeggen in het filmpje hieronder.
Gevolg: het duo miste de terugvlucht zondagvoormiddag.
"De productie heeft ons dan na vele overboekingen in verschillende etappes naar huis gekregen. Een leuke herinnering... Maar dat zal ons toch niet meer overkomen", grijnst De Cauwer.
Normaal gezien zou José die zondagnamiddag commentaar gegeven hebben bij de openingsrit van Parijs-Nice, maar door die vertraging lukte dat niet en zo viel Bert De Backer last minute in.
