Victor Schelstraete (28) heeft zijn eerste profkamp uit zijn carrière gewonnen en dat smaakt naar meer. "Nu? Eerst de Belgische titel, dan de Europese titel en dan wereldkampioen", is de Gentse bokser ambitieus.
Geen 3 rondes meer zoals bij de amateurs, want Victor Schelstraete werkte gisteren voor eigen publiek zijn eerste profkamp af. Toch was hij na 3 rondes al klaar met de Fransman Fabrice Lewis Menayame.
Macht der gewoonte? "Ik had nog wat ringroest", verraste de Gentenaar. "Ik kom uit een lange pauze na de Spelen en het was mijn eerste profkamp. Ik moest het tempo nog wat gewoon worden."
"Het was een taaie tegenstander, zeker geen sukkelaar. In de eerste ronde ging ik iets te veel op zoek naar de knock-out. Maar als ik de juiste plek raak, als ik iemand pijn heb gedaan, dan overleven er niet veel."
"Dit was een goede eerste ervaring. Het was spectaculair in eigen huis, een plezier om voor vrienden en familie te mogen boksen."
Het was spectaculair in eigen huis, een plezier om voor vrienden en familie te mogen boksen.
En nu? "On to the next", zegt Schelstraete, die in februari al een volgende profkamp wil inplannen. De nummer 8 van de Olympische Spelen is dan ook ambitieus.
"Ik wil eerst de Belgische titel, dan de Europese titel en dan de wereldtitel. Ik mik op de top, wie weet waar we eindigen."
"Het is belangrijk om gefocust te blijven. Morgen (vandaag, red.) ga ik wat joggen en maandag duik ik weer de gym in. Dit soort kampen is perfect om in de juiste flow te raken."
De Kerpel: "10 procent talent, 90 procent hard werk"
Victor Schelstraete mikt hoog, maar is dat ook realistisch. "Hij moet hard blijven werken en mag niet gaan zweven", zegt ex-bokser Freddy De Kerpel. "Boksen is 10 procent talent en 90 procent hard werken."
"Hij heeft alvast een goede techniek én hij heeft punch. Maar hij moet stap per stap gaan. Hij kan de top bereiken, maar hij moet het ook nog bewijzen."
Is het op zijn 28 jaar niet te laat om de stap naar het profboksen te zetten? "In het boksen tel je niet met leeftijd, wel met het aantal slagen dat je krijgt", aldus De Kerpel.
"Als je weinig slagen incasseert, kan je op je 30 of 35 jaar nog aan de top staan. Kijk maar naar Oleksandr Usyk (37) en Tyson Fury (36). Boksers gaan langer mee, want ze boksen minder en krijgen minder slagen."