Anderlecht en het bondsparket hebben dinsdag voor de Disciplinaire Raad voor het Profvoetbal gedebatteerd over de verantwoordelijkheid van clubs bij wangedrag van hun supporters. Paars-wit kreeg in eerste aanleg een speeldag achter gesloten deuren voor de uit de hand gelopen Clasico in december, net als Standard. De Brusselse club vindt echter dat het er alles aan gedaan heeft om dat te voorkomen.
Even terug naar 7 december.
Standard bezocht Anderlecht toen voor de 1/8e finale van de beker, maar iets voor affluiten gingen beide harde kernen uit de bocht. Stoeltjes en pyro werden over en weer en op het veld gegooid. Na een afkoelingsperiode kon de partij wel zonder verdere incidenten uitgespeeld worden.
Ondertussen hebben de clubs al afgesproken om geen uitfans meer toe te staan, minstens tot het einde van 2024/25.
Maar Anderlecht wilde vandaag tijdens een zitting van 2,5 uur een "opening" forceren naar een nieuwe aanpak. Paars-wit is namelijk niet akkoord met de speeldag volledig achter gesloten deuren, noch met de uitgestelde "lege vakken"-straf waarmee het Comité de harde kernen wilde treffen.
Advocaten Gregory Ernes en Sheena Belmans verzetten zich tegen het principe dat de clubs verantwoordelijk zijn voor het wangedrag hun fans, de zogenaamde objectieve aansprakelijkheid. Ze brachten daarvoor ook professor Michael Dantinne mee, professor Criminologie aan de ULiège, die uiteenzette hoe supporters tot hun geweld komen.
Zelfs vijf maanden na datum is het dossier niet compleet.
De huidige manier van werken, met sancties voor clubs, is volgens de advocaten niet effectief om het gedrag van de fans aan te passen. Volgens hen dragen wedstrijden achter gesloten deuren bij aan het geweld, door opgebouwde frustraties.
Volgens paars-wit nam het ook alle mogelijke maatregelen, maar vallen veel van de effectievere aanpakken buiten de bevoegdheid van de individuele clubs.
Belmans argumenteerde: "De clubs kunnen niet alle maatregelen nemen. Identiteit controleren en volledige fouilles zijn de taak van politie."
Het 'Engelse model' met onder meer een alcoholverbod en gesofisticeerde camerasystemen, zouden dan weer op het niveau van de competitie moeten geïnstalleerd worden. Anderlecht vroeg zich ook af of de maatregelen wel effect zouden hebben op bezoekende supporters.
Onvolledig dossier
Anderlecht stelde ook dat het bondsparket te weinig onderzoek had geleverd.
"Zelfs vijf maanden na datum is het dossier niet compleet", aldus Ernes. De claims dat het geweld zou gestart zijn nadat de politie buiten traangas had gebruikt, waren niet onderzocht.
Het bondsparket kon niet anders dan verwijzen naar het bondsreglement, ondertekend door alle clubs. "Misschien moet dat veranderen, ik weet het niet", gaf substituut-procureur Barbara Huylebroek toe. "We zijn er nog niet."
Ze vroeg op basis van het huidige reglement de bevestiging van de uitspraak van het Disciplinair Comité. Uitspraak volgt zo snel mogelijk.