Drie, vier of vijf verdedigers? De afgelopen weken hét hot topic bij Anderlecht. Tegen West Ham luisterde trainer Felice Mazzu naar zijn paars-witte aanhang en koos hij voor een viermansdefensie. "Maar dat maakt niet uit als je maar op 80% speelt", analyseren Wesley Sonck en Frank Boeckx de wedstrijd.
Na 45 minuten was West Ham United eigenlijk al klaar met Anderlecht. Dat lag volgens onze analisten niet enkel aan de Londenaars. "West Ham was goed, maar Anderlecht speelde ondermaats", opent Frank Boeckx.
"Het sjokte maar wat aan de bal, ik miste agressiviteit in de verdedigende acties." Waarop Wesley Sonck inpikt: "Ik denk dat het vooral te maken heeft met lef in balbezit en mentaliteit in balverlies."
"Of je nu met 3 of 4 verdedigers speelt, maakt niet uit, je moet altijd met genoeg mensen druk zetten op de man in balbezit. Theoretisch klopte het plannetje van Mazzu wel en stonden ze goed, maar er werd niet goed gecommuniceerd."
Ik kan me niet voorstellen dat Mazzu aan zijn spelers vraagt: "Loop tegen 80% terug."
Bij de tegentreffers viel het onze analisten op dat er niet altijd vol overgave werd verdedigd. "Wat maakt het nog uit of je met 3 of 4 verdedigers staat, als je op een gezapig tempo terugloopt?", vraagt Sonck zich af.
"Dat heeft niets te maken met wat de trainer vraagt. Ik kan me niet voorstellen dat Mazzu aan zijn spelers vraagt: "Loop tegen 80% terug.""
"Dit is een toneel - tegen een Premier League-team - waar je je kunt tonen. Op zo'n moment moeten spelers zich afvragen hoe hard ze zichzelf willen pijnigen om zich te tonen op dat niveau."
Op zoek naar "de vonk"
Naast de wil om zichzelf te pijnigen, ziet Boeckx nog een tweede verklaring voor de slechte periode bij paars-wit: er ontbreekt een vonk. "Ze missen het geloof in eigen kunnen. Dat moet in een kleedkamer opnieuw groeien: vertrouwen, geloven in het feit dat je het verschil kan maken."
"Stroeykens had vertrouwen en toonde dat ook. Dat was toch een lichtpunt. In de tweede helft was de wil om er iets van te maken er weer, al kon Anderlecht er moeilijk iets van maken tegen een ploeg met een veel hogere intensiteit. In België heb je maar een paar spelers die dat aankunnen en die worden dan meestal weggeplukt."
"De jonge gasten die in de tweede helft op het veld kwamen, speelden zonder rugzak", vult Sonck aan. "Zij willen gewoon laten zien hoe goed ze zijn en spelen onbevangen. Daar is Mario Stroeykens het uithangbord van."