De broers Roodhooft zullen komende zomer zowel met Alpecin-Fenix bij de mannen als Plantur-Pura bij de vrouwen aanwezig zijn in de Tour de France. "Het geeft enorm veel voldoening om zelf aan een ploeg te bouwen."
De gebroeders Roodhooft begonnen twee jaar geleden met een vrouwenploeg, omdat ze dachten dat de tijd er rijp voor was. Net zoals bij de mannenploeg heeft die ploeg nu met Plantur-Pura ook een spin-off op de weg.
"Zelf bouwen aan een team geeft meer voldoening dan zomaar 10 renster halen", vertelt Philip Roodhooft aan Sporza. "Het duurt wel iets langer, maar het is veel fijner."
"Van een witte trui in 2020 zonder enige vorm van reclame op, naar een volledig klassiek voorjaar, plus een van de grote rondes in 2022. Dat geeft enorm veel voldoening."
Net zoals Alpecin-Fenix is Plantur-Pura meer een ploeg van rittenkapers.
"We moeten zorgen dat we als team aanwezig zijn. Onze deelname mag niet onopgemerkt blijven. Maar als het zou mogelijk zijn, willen we natuurlijk een van de acht ritten winnen", zegt Roodhooft. "Al is er nog een groot verschil met de WorldTour-ploegen."
We willen aanwezig zijn in de koers. Ons laten opmerken op een gezonde manier.
"We hebben uiteraard nog geen selectie gemaakt. We hebben wel een idee van een 10-tal rensters die op diverse terreinen uit de voeten kunnen, waar we iets rond kunnen bouwen."
Voor het klimwerk denkt de ploeg vooral aan Yara Kastelijn, als er gesprint moet worden is het aan Julie De Wilde en Julie Van de Velde zou zich in de tijdritten moeten kunnen uitleven. Sanne Cant werpt zich dan weer op als ploegkapitein en rijdt volledig in dienst van de ploeg.
"Wat we zeker niet gaan doen is een selectie maken op basis van wegrenster of veldrijdster. Enkel het beste team zal aan de start komen."
"We willen niet te veel druk leggen op Julie De Wilde"
Met Julie De Wilde lijken de broers Roodhooft een goudklompje in handen te hebben. Afgelopen woensdag werd ze in Dwars door Vlaanderen nog 2e, op haar 19e. "Julie is zeer talentvol, anders hadden we ze ook niet twee geleden profrenster gemaakt."
"Ik denk persoonlijk dat je nog niet kan zeggen waar haar limieten liggen, omdat het vrouwenwielrennen nog enorm in ontwikkeling is. Wie weet staat er een talent op dat vandaag nog niet koerst, maar binnen enkele jaren alles kapotrijdt."
"Bovendien willen we Julie niet opzadelen met die enorme druk. Het zou ook niet verstandig zijn van mij om een 20-jarig meisje met dat soort verwachtingen op te leggen."
"Het belangrijkste is dat ze zich goed ontwikkelt. We zien wel op termijn waar het strandt, maar als het dan goed is voor de ploeg dan zal het ook goed zijn voor het Belgische wielrennen en omgekeerd."