De blessurezorgen van Nastja Claessens lijken eindelijk van de baan en dat is goed nieuws voor de Belgian Cats in de aanloop naar de Olympische Spelen. "Ik kijk ernaar uit om eraan te beginnen", zegt Claessens, die er deze zomer bij hoopt te zijn in Parijs.
Nastja Claessens, nog altijd maar 19, geldt al enkele jaren als een van de grootste Belgische talenten. Maar het voorbije seizoen verliep allesbehalve rimpelloos voor de dochter van Waregem-coach Frederic Claessens en voormalig Belgian Cat Irina Medvedeva.
Claessens werd geplaagd door een hardnekkige polsblessure, die haar enkele maanden aan de kant hield. Gelukkig lijken die problemen net op tijd van de baan. "Alles is oké nu. Ik ben helemaal terug na mijn polsblessure en ik kan ook weer helemaal voluit trainen", vertelt ze aan Sporza.
De Belgische, die deze zomer Castors inruilt voor de Spaanse club Euskotren, trainde de voorbije weken al met de staf van de Belgian Cats, ook al begint het échte trainingskamp van de nationale ploeg pas op 15 juni.
De Spelen zijn een kinderdroom. Nu dat mogelijk geworden is, is de honger groot.
"Het is heel leuk dat ik nu al kan trainen, voor de effectieve trainingen beginnen. Ik kijk ernaar uit om te beginnen. Dat een speelster als Emma Meesseman hier ook al is, toont haar werkethiek. Jonge speelsters zoals ik kunnen heel veel bijleren van haar."
De olympische selectie is nog niet definitief. Een jonge speelster als Claessens zal zich dus nog moeten bewijzen in de voorbereiding. "De Spelen zijn een kinderdroom. Nu dat mogelijk geworden is, is de honger groot", klinkt het.
"Mijn eerste doel is om me nu te bewijzen. Ik hoor nog niet tot de echte kern van de Cats. Ik zit nog in de beginfase van mijn carrière. Maar het zou een unieke ervaring zijn om erbij te zijn op de Spelen. Ik wil in de voorbereiding tonen dat ik deel kan uitmaken van het team."