Gianluca Pollefliet, straks prof (bij AG2R?): "Ik kan meer aan dan een sprint"
Robbe Ghys, Lindsay De Vylder, Jules Hesters en Fabio Van den Bossche zijn anno 2023 de uithangborden van de Belgische pisteploeg, maar in hun schaduw zetten ook onze jongeren duidelijk stappen. Een van hen is Gianluca Pollefliet (21). 2024 wordt zijn debuutjaar bij de profs, maar Pollefliet richt zijn blik vooral op de Spelen in Parijs.
Vertrouwde bondscoach Kenny De Ketele ons tijdens de openingsavond, amper 3 uur na het startschot van de Gentse Zesdaagse, al toe: "Ik zie meteen wie vlot rijdt en wie moeilijke momenten meemaakt. Wie goed in vorm is? Ik ben al gecharmeerd door Gianluca Pollefliet."
"Hij voelt zijn pedalen niet. Hij heeft goeie stappen gezet, ook op de weg. Zijn motor is uitgebreid en hier rijdt een heel andere jongen rond dan vorig jaar."
"Ik had het interview gezien", lacht de guitige Pollefliet meteen wanneer we hem donderdagavond met de lofzang confronteren.
"Kenny weet als geen ander wanneer je goed rijdt. En als het niet goed is, dan zal hij het zeker ook zeggen."
AG2R-Citroën? Ik kan er niets over zeggen. Hoe goed mijn Frans is? Goed genoeg.
Pollefliet bevestigt dat zijn motor wat pk's gewonnen heeft. De afgelopen 2 seizoenen reed hij bij de opleidingsploeg van Lotto-Dstny.
"Ik heb er een heel mooi wegprogramma gereden met rittenkoersen en langere koersen. Die inspanningen lonen."
Met enkele knappe resultaten - onder meer winst in de Omloop Het Nieuwsblad voor beloften dit voorjaar - verscheen Pollefliet ook op de radar van buitenlandse teams.
De lokroep uit Frankrijk was groot en Pollefliet kreeg een niet te versmaden aanbod. Zelf kan en wil hij zijn nieuwe werkgever nog niet bevestigen, maar AG2R-Citroën zou zijn komst eind deze maand officialiseren.
"Hoe goed mijn Frans is? Goed genoeg", danst Pollefliet vakkundig om de hete brij heen. "Ze kennen me alleszins in het Franse circuit dankzij enkele goeie prestaties in de Tour de Bretagne."
"We moeten sowieso met meerdere jongens paraat zijn voor Parijs"
Gianluca Pollefliet - zijn ouders haalden de mosterd voor zijn opvallende voornaam bij voormalig topvoetballer Gianluca Vialli - zag voor zichzelf een carrière als sprinter weggelegd, maar beseft zoetjesaan dat hij meer in zijn mars heeft.
"Ik weet nu dat ik meer aankan dan een sprint. Ik heb koersen zoals de Omloop gewonnen, toch geen pure vlakke koersen. Ik wil me dus wel ontwikkelen als sprinter en renner voor de klassiekers."
"Volgend voorjaar zal ik al wat kunnen proeven van dat werk, vermoedelijk in wedstrijden als de GP Samyn, Nokere Koerse of Kuurne-Brussel-Kuurne."
Pollefliet - gecharmeerd door het ontwikkelingsproces van Jasper Philipsen - zet in eerste instantie wel nog alles op de piste. Als vast lid van de achtervolgingsploeg brandt hij van ambitie om naar Parijs af te zakken.
"Ik wil alles doen om er goed te zijn en om vooral de coaches te tonen dat ik het waard ben om geselecteerd te worden."
Ik weet nu dat ik meer aankan dan een sprint. Ik heb koersen zoals de Omloop gewonnen, toch geen pure vlakke koersen. Ik wil me dus wel ontwikkelen als sprinter en renner voor de klassiekers.
Die selectie is behoorlijk complex. Pollefliet heeft als vast lid van de achtervolgingsploeg een streepje voor, maar dat kwartet moet ook het koppel voor de ploegkoers leveren. Het is een moeilijke evenwichtsoefening voor de Belgische staf.
"De plaatsen zijn duur, maar we zullen sowieso met 5 à 6 jongens paraat moeten zijn. Er is snel iets gebeurd zoals ziekte."
"Met jongens als Tuur Dens en Noah Vandenbranden zijn we blijven investeren in de achtervolging toen dat project eigenlijk al was opgegeven, maar met bondscoach Tim Carswell leeft het onderdeel weer."
"Als starter van het viertal - toch een meer specifieke plaats - heb ik misschien een klein voordeel, maar we hebben geen enkele garantie."
"Er is ons beloofd dat we tijdig duidelijkheid zullen krijgen. We beseffen dat het moeilijk zal zijn, maar we blijven hoe dan ook een vriendengroep."
