Uw gids voor Milaan-Sanremo: Cipressa, Poggio en onthoofd deelnemersveld

Lees alles over de editie van vorig jaar: Jasper Stuyven gokt en wint op de Via Roma zijn eerste topklassieker

Na Wout van Aert in 2020 won met Jasper Stuyven dus opnieuw een landgenoot La Primavera.

Na de spetterende Tirreno-Adriatico werd een bombardement van Van Aert, Mathieu van der Poel en Julian Alaphilippe verwacht, maar niemand had een verschroeiende versnelling in petto.

Een elitegroepje stormde op de finish af en Jasper Stuyven had een neus voor het juiste moment. Hij hield de spurtende toppers nog net af.

Vrijwel elke wielerliefhebber kent het parcours van Milaan-Sanremo op zijn duimpje: wachten, wachten, wachten, Capi, Cipressa en Poggio. En toch is het lentekleedje van La Primavera dit jaar lichtjes aangepast.

Het peloton wordt om 9.50 u niet losgelaten aan het Castello Sforzesco, wel nabij de historische Vigorellipiste.

Wie daarna al wil doorspoelen richting het laatste wedstrijduur langs de Ligurische kust mag de herintrede van de Turchino niet over het hoofd zien.

Die klim in het midden van de klassieker van 293 kilometer is al bij al slechts een tussendoortje, het zwaardere werk volgt bij het spandoek van de laatste 55 kilometer met achtereenvolgens de Capo Mele, Capo Cervo en Capo Berta.

Via Imperia en San Lorenzo al Mare wordt op ruim 25 kilometer van de finish de Cipressa (5,6 kilometer aan 4,1 procent) opgediend.

Het toetje is de Poggio, de bult van 3,7 kilometer aan 3,7 procent. De vaste camera op de top zal de schade opmeten op 5,4 kilometer van de aankomst. 

Na een venijnige afdaling rest de renners nog 2.200 meter tot de boog op de Via Roma.

Na Parijs-Nice en Tirreno-Adriatico kan niemand ontkennen dat Wout van Aert en Tadej Pogacar de topfavorieten zijn.

De Sloveen heeft gezien zijn suprematie vorige week in Italië wellicht een streepje voor en beheerst schijnbaar alle facetten die nodig zijn om de loterij tussen Milaan en Sanremo te winnen.

Kiest hij voor een lange finale vanaf de Cipressa? Deelt hij een rake linkse uit op de Poggio? Lepelt hij de afdaling als een echte waaghals naar binnen? Of geeft hij zijn laatste concurrenten het nakijken in een sprint?

Ex-winnaar Van Aert kan nog net iets meer speculeren op zijn beensnelheid, al was die in Parijs-Nice een beetje afgebot en een sprint na een eendagskoers van bijna 300 kilometer levert geregeld een verrassende ontknoping op.

De sprinter met de beste papieren leek Caleb Ewan, maar de renner van Lotto-Soudal moest - net als vele anderen - ziek afhaken.

Voor andere rassprinters als Fabio Jakobsen, Elia Viviani, Giacomo Nizzolo, Michael Matthews, Arnaud Démare en Alexander Kristoff wordt het jaar na jaar moeilijker om met de crème de la crème de afdaling van de Poggio aan te snijden.

In het Belgische kamp zal Jasper Stuyven door ziekte niet rondfladderen met rugnummer 1 en Jasper Philipsen is ervan overtuigd dat hij met deze conditie niet gelost wordt op de Poggio.

Er zijn nog kogels zoals Filippo Ganna en Søren Kragh Andersen die tijdig moeten wegschieten. Die rol is niet weggelegd voor onder meer Sonny Colbrelli, Oliver Naesen en Julian Alaphilippe: ook zij hebben allemaal ziek afgezegd.