Bart Swings heeft in Peking zijn olympische droom waargemaakt door de massastart op de Winterspelen te winnen. Op deze pagina leest u waarom de massastart een speciaal nummer in het schaatsen is en hoe het werkt.
1. Wat is de massastart?
Een massastart is te vergelijken met een (korte) wielerwedstrijd. Alle schaatsers beginnen samen aan de race en wie als eerste over de finish komt, is de winnaar. Net als in een wielerwedstrijd proberen sommige schaatsers het met een ontsnapping, anderen speculeren dan weer op een sprint.
"Er kan vanalles gebeuren, dat is het leuk aan de massastart", zegt Bart Swings. "Het tactische, hoe moet je een wedstrijd lezen en hoe moet je de sprint aangaan, dat vind ik fijn. Het onvoorspelbare vind ik soms heel frustrerend."
De massastart is sinds 2018 een olympisch onderdeel, al klopt dat historisch gezien niet helemaal. Omdat de Amerikanen het niet gewoon waren om rechtstreekse duels uit te vechten, werden de wedstrijden op de Spelen van Lake Placid in 1932 ook in groep afgewerkt, in verschillende massastarts.
2. Wat is het verschil met andere schaatsnummers?
Het verschil met de afstandswedstrijden in het schaatsen, is dus dat er bij de massastart niet één tegen één gestreden wordt. Omdat het gevaar op botsingen een stuk groter is, rijdt iedereen met een helm.
Een ander verschil is dat bij de massastart de binnenste baan van de piste wordt gebruikt, waardoor een rondje geen 400 meter is maar slechts 387,36 meter.
De mannen en de vrouwen schaatsen exact dezelfde afstand, namelijk 16 rondjes ofwel net geen 6,2 kilometer. Om de 4 ronden is er een sprintronde, waarbij punten te verdienen zijn. Die zijn enkel van belang voor de rangschikking vanaf plaats 4.
De top 8 van de halve finales plaatst zich voor de olympische finale. Beide wedstrijden worden (zaterdag) op anderhalf uur van elkaar afgewerkt.
3. Waarom is Bart Swings er zo goed in?
De massastart in het schaatsen doet wat denken aan wedstrijden op een skeelerpiste. Die laatste sport zouden we de zomerversie van de massastart kunnen noemen.
Het is dan ook geen toeval dat heel veel toppers op de massastart een verleden hebben in het skeeleren. En een van de succesvolste skeeleraars ooit, heet Bart Swings. Hij werd al 12 keer wereldkampioen en 16 keer Europees kampioen.
Een tiental jaar geleden maakte Swings een eerste voorzichtige overstap van het skeeleren naar het schaatsen. Maar pas toen de massastart aan aanzien won, werd zijn droom van olympische eremetaal concreet.
Swings beheerst immers alle onderdelen van de massastart perfect: hij heeft een goeie uithouding door ook de langere afstanden te schaatsen, hij leest de wedstrijden perfect en weet wanneer hij welke inspanning moet leveren en ten slotte beschikt hij ook nog eens over een goed eindschot.
Swings verlengde in januari nog zijn Europese titel
| programma Bart Swings | |||
|---|---|---|---|
| zondag 6 februari | 5.000 meter | 7e in 6'16"90 | verslag |
| dinsdag 8 februari | 1.500 meter | 13e in 1'45"82 | verslag |
| vrijdag 11 februari | 10.000 meter | 10e in 13'02"43 | verslag |
| zaterdag 19 februari | halve finale massastart | 2e (naar finale) | verslag |
| zaterdag 19 februari | finale massastart | 1e: GOUD | verslag |
