De meest actieve Belg op Roland Garros vind je dit jaar niet op, maar wel onder de baan, meer bepaald in de bespanningsruimte van de tennisrackets. Wim Janssens is één van de 19 officiële bespanners, oftewel cordeurs, in Parijs. Dirk Gerlo, onze man ter plaatse, zocht hem op in de coulissen van het tenniscircus.
Bespanner sinds zijn 14e
Janssens droomde als kind van een carrière als tennisser. Bij de jeugd was hij één van de meest beloftevolle Belgen. Samen met generatiegenoten Christophe Van Garsse, Kris Goossens en Johan Van Herck trainde hij bij de Vlaamse Tennisvereniging en zette hij zijn eerste stappen voor de uitbouw van een internationale carrière.
Maar de rug van Janssens was een probleem. Een eerste operatie toen hij 18 jaar was bracht even soelaas, maar al snel was duidelijk dat hij een profcarrière kon vergeten. De kiem voor zijn latere job als bespanner was al wel geplant: “Ik was 14 jaar toen ik zelf mijn rackets ben beginnen te bespannen”, vertelt hij.
“Op training of tijdens wedstrijden was er om de 3 uur een bespanning stuk en omdat de kosten zo hoog opliepen kocht mijn vader een bespanningsmachine voor mij. Dat was het begin. Al snel kwamen andere spelers vragen of ik hun rackets wou bespannen, en van het één kwam het ander.”
Van in de bergen naar testdag bij Wilson
Janssens deed de voorbije jaren heel wat ervaring op als bespanner op topniveau. Zo deed hij al enkele keren de Australian Open aan, net zoals de European Open in Antwerpen. “Ik was een paar jaar geleden op skivakantie toen ik telefoon kreeg van het Amerikaanse merk Wilson”, blikt hij terug.
“Ze vroegen of ik een test wou komen afleggen om bespanner te worden tijdens de grandslams. Ik ben onmiddellijk vertrokken vanuit de bergen, dit was een grote kans. Het was een zware test, ik moest een hele dag rackets bespannen. Je werd voortdurend onder druk gezet en moest snel en efficiënt werken. Veel kandidaten vielen af, ik bleef over.”
Tot 25 à 30 rackets per dag
Op Roland Garros is Janssens nu één van de 19 officiële bespanners. “We zijn afkomstig uit een pak verschillende landen. De Amerikanen blijven hier de hele periode omdat zij de hele opzet en afbraak doen. We hebben ook een opleiding gekregen om allemaal op exact dezelfde manier te werken.”
”De bedoeling daarvan is dat een speler, als hij tijdens een match zijn besnaring moet laten vervangen, niet merkt dat misschien niet zijn persoonlijke, maar een andere bespanner aan zijn racket gewerkt heeft. Want we hebben wel allemaal onze eigen machine en spelers. Ik was hier bijvoorbeeld verantwoordelijk voor de rackets van o.a. Sinner, Lopez, De Minaur en Carballes Baena”.
We kregen een opleiding om allemaal op exact dezelfde manier te werken. Zo merkt een speler niet dat misschien niet zijn persoonlijke, maar een andere bespanner aan zijn racket werkte.
Tegenwoordig hebben nog maar een paar spelers, zoals Federer of Djokovic, hun eigen bespanner mee. De jongere generatie komt gewoon naar de officiële bespanningsdienst, net zoals ook Nadal, Goffin en Mertens dat doen. "Het gaat er bij ons zeker even professioneel aan toe als bij de privébespanners."
“Onze machines worden elke ochtend gekalibreerd zodat elk racket perfect kan worden besnaard", legt Janssens uit. "Vooral in de periode van de kwalificaties en in de beginfase van het toernooi is het heel hectisch. We besnaren dan tussen de 440 tot 500 rackets per dag, 25 à 30 stuks per bespanner."
Het stressmoment: bespannen tijdens een match
Het meest stressvolle moment van de dag breekt aan als een speler een racket tijdens de match opnieuw wil laten bespannen. Gisteren moest Janssens tijdens één en dezelfde wedstrijd 4 keer een racket van de Duitser Kohlschreiber opnieuw bespannen. Ook Feliciano Lopez liet 2 rackets binnenbrengen.
“Onze medewerker aan het onthaal krijgt een telefoontje vanop de baan”, legt Janssens uit. “We weten dan al meteen welke snaren moeten worden klaargelegd en welke spanning op de snaren moet worden gezet. Zodra het racket binnen is gebracht, wordt het gescand en worden de oude snaren eruit gehaald.”
“Dan komt het adrenalinemoment en de uiterste concentratie met het besnaren en het aanbrengen van het logo. We mikken op 18 minuten om een racket helemaal speelklaar te maken. Spannend, maar bevredigend als je het telkens weer klaarkrijgt.”