Nu het Zuid-Afrikaanse NTT Pro Cycling een doorstart maakt als Team Qhubeka ASSOS kan Victor Campenaerts de muizenissen uit zijn hoofd verjagen. De werelduurrecordhouder is ook volgend jaar nog profwielrenner, terwijl hij zich stiekem al op een afscheid van het peloton had voorbereid.
De voorbije weken leefde Victor Campenaerts in grote onzekerheid over zijn toekomst. Bjarne Riis vond geen sponsor en verliet het schip. Campenaerts zag met lede ogen aan dat er geen schot in de zaak kwam.
Gisteren kwam oprichter van het team Douglas Ryder dan plots toch met goed nieuws voor de pinnen en kondigde hij een nieuwe hoofdsponsor aan. Tot grote opluchting van Campenaerts, die zich ook in 2021 profrenner mag noemen.
"Ik blijf prof in een WorldTour-ploeg, dat is echt een heel grote opluchting", zegt Campenaerts aan Sporza.
"De Giro in oktober was mijn laatste wedstrijd van het seizoen. Daarin word je een beetje geleefd en is er weinig tijd om te piekeren, want je moet presteren."
"Zodra die wedstrijd eindigt, ga je van een heel druk leven naar een stressloos leven, maar dan kwam die onzekerheid over dat contract en begin je veel na te denken. Dat was lastig."
"Ik kon mijn zinnen wat verzetten door mijn verhuizing en door wat klusjes te doen, maar ik ben heel blij dat ik nu zekerheid heb voor 2021."
"Moeilijke nachten"
Campenaerts' vriendin Fanny Lecluyse is ook gelukkig dat de druk van de ketel is.
"Door onze verhuizing is Victor de voorbije weken nog vrij positief gebleven. Hij probeerde vrolijk rond te lopen, maar de nachten waren toch moeilijk. Hij had moeite om in slaap te vallen, omdat hij veel met zijn toekomst bezig was."
"Brandweerman en uurrecord"
Niet dat Campenaerts bij de pakken blijven zitten was. Zijn creatieve geest borrelde tegen de sterren op.
"Ik was al aan het denken aan een carrière na het wielrennen, want ik wil graag brandweerman worden. Die job spreekt me echt aan, al van jongs af."
Verder broedde Campenaerts op een nieuwe aanval op het werelduurrecord, dat hij zelf in april 2019 vestigde in Mexico. Meer daarover vertelt hij zondagavond in Sportweekend, meteen na het Journaal van 19u op Eén.
