De Australische zwemster Ariarne Titmus heeft in eigen land het wereldrecord op de 200 meter vrije slag aangescherpt. Op de trials voor de Olympische Spelen deed de 23-jarige Titmus een flinke hap van het vorige record.
Op de olympische trials in Brisbane leverde de finale van de 200 meter vrije slag bij de vrouwen vuurwerk op, dankzij Ariarne Titmus en de regerende wereldrecordhoudster Mollie O'Callaghan.
O'Callaghan dook met een chrono van 1'52"48 onder haar eigen toptijd (1'52"85), die ze een jaar geleden gezwommen had op de wereldkampioenschappen in Fukuoka. Toen was O'Callaghan een fractie sneller dan Titmus in een zinderende WK-finale.
Maar was het dus Titmus die het laatste woord had, want de vicewereldkampioene deed nog beter dan haar rivale en tikte aan na 1'52"23. Daarmee was ze ruim een halve seconde sneller dan het vorige wereldrecord van O'Callaghan.
"Wat een ongelooflijk resultaat", lachte Titmus na de race. "Ik ben blij dat ik eindelijk een 200 meter kan zwemmen die een afspiegeling is van mijn trainingen. Ik denk dat de concurrentie in Australië ons helpt om zo snel te zwemmen. We pushen elkaar elke dag."