Paolo Bettini was op de eerste dag van wielerbeurs Velofollies een van de blikvangers. De tweevoudige wereldkampioen passeerde ook voor een interview bij Karl Vannieuwkerke aan de Sporza-stand, en daarin stelde hij de staat van het Italiaanse wielrennen aan de kaak. "Onze talenten kunnen moeilijk doorstromen."
Het wielrennen was de laatste jaren spectaculairder dan ooit, met finales die vaak al op 100 kilometer of meer van de finish worden ingezet en aansprekende figuren die elkaar op verschillende terreinen bekampen.
"Het is totaal anders dan in mijn periode", zegt Paolo Bettini (49), die naast 2 wereldtitels ook 5 zeges in monumenten op zijn palmares heeft staan.
"In mijn tijd waren er zo'n 25 à 30 toprenners, die de koek onder elkaar verdeelden. Nu heb je 5 à 6 supersterke renners die zowat alles meepakken. Voor de rest blijft er niets meer over."
Bij die 5 à 6 renners van superniveau zit geen Italiaan. Op de wereldranglijst vinden we de eerste pas op de 15e plaats terug, met Filippo Ganna. Andrea Bagioli is op de 34e plaats de 2e Italiaan.
"Het Italiaanse wielrennen heeft een probleem", vindt Bettini. "We hebben geen ploeg van WorldTour-niveau meer en dat zorgt ervoor dat het voor jonge renners moeilijk is om door te stromen naar het hoogste niveau."
"Maar de Tour de France begint dit jaar in Firenze, dus dat is dan weer wel goed nieuws voor het Italiaanse wielrennen."
Het bruggetje met het Tourdebuut van Remco Evenepoel is snel gemaakt. "Toch zie ik hem dit jaar de Tour niet winnen", zegt Bettini. "Hij heeft al een mooi palmares, maar het wordt lastig om nu al te winnen."
"Ik fiets nog ... naar de supermarkt"
Paolo Bettini wordt in april 50 jaar. Waar houdt hij zich tegenwoordig zoal mee bezig? "Ik fiets nog, maar dan wel naar de winkel om boodschappen te doen."
"Verder organiseer ik Granfondo's in Italië. Mijn eigen Granfondo is al aan zijn 26e editie toe. En ik richt me ook op het gravel. Samen met Johan (Museeuw) organiseer ik dit jaar in Toscane iets nieuws: gravelbike tasting."