Door een val van Jason Suttels bereikte de Belgische achtervolgingsploeg de finish op het EK schaatsen niet. Toch is bondscoach Michel Mulder tevreden over wat hij zag. "Dat ze op korte tijd al zo goed rijden, is heel knap."
Met Bart Swings als motor en Jason Suttels en Indra Médard als leergierige nieuwelingen proeven de Belgische mannen sinds dit seizoen van de ploegenachtervolging. Op het EK schaatsen werd duidelijk dat dit met vallen en opstaan gebeurt, heel letterlijk zelfs.
"Tot die val reden ze nochtans supergoed", zegt bondscoach Michel Mulder, zelf voormalig olympisch kampioen op de 500 meter. "Het was nog vrij vroeg in de wedstrijd, maar ze zouden sowieso in de top 4 geëindigd zijn."
Volgens Mulder moeten Médard en Suttels nog wat wennen aan de hoge snelheden die gehaald worden. "Het is voor Jason nog niet gemakkelijk om rondjes van 27 (seconden) te volgen, laat staan van 26. Dat was het tempo dat ze hier reden. Dan gebeuren dit soort dingen."
"Maar het feit dat ze op korte tijd al zo goed rijden, is heel knap. De overstap van het skeeleren naar het schaatsen is niet zo simpel, dat weet Bart (Swings) als geen ander."
"Het heeft veel te maken met de techniek, omdat bij die snelheden heel wat druk op de benen komt te staan in de bochten. Dat is anders dan bij het skeeleren."
Toch hoort België volgens Mulder nu al bij de subtop in dit onderdeel. "Het WK halen is een realistisch doel. België staat nu 7e op de ranking. De Wereldbekermanche van Salt Lake City van volgende maand wordt bepalend. Maar naar mijn gevoel hoort deze ploeg thuis op een WK."
