Na het onweer op de openingsdag van de Vuelta besloot organisator ASO de tijd op te nemen op 3,6 kilometer van de streep, op de top van de Montjuïc. "Respectloos", vond Remco Evenepoel en dus werd de tijdsopname verlegd naar 9 km.
Na de bakken kritiek die het gisteren regende na de openingsploegentijdrit stond Vuelta-organisator ASO in het oog van de storm.
De regen tot daar aan toe, maar het late startuur en de vallende duisternis zorgden ervoor dat de aankomst van Soudal - Quick Step amper te zien was in het pikdonker.
Ook tijdens de tweede rit van de Vuelta zullen de renners allerminst van het Spaanse zonnetje kunnen genieten. Het onweer en de onophoudelijke regenbuien zorgen voor een stortvloed op de wegen van dag 2.
Tijdsopname van 3,6 km naar 9 km van het einde opgeschoven
ASO paste als gevolg van dat noodweer het weather protocol toe en koos voor een tijdsopname op 3,6 km van de meet, op de top van de Montjuïc. Vanaf dan zal het enkel gaan om een strijd om de ritzege.
Al was daarmee de kous nog niet af. Ook de aanloop naar die ontknoping in Barcelona staat nog bol van de linke hindernissen. Zo zouden er in die laatste 11 km richting de Montjuïc nog meer dan 20 rotondes op het parcours liggen.
Remco Evenepoel was scherp voor de beslissing van de organisatie en noemde het "respectloos" tegenover de renners.
"Ons voorstel om de tijd op te nemen aan het begin van het circuit wordt volledig weggeblazen. Een tijdsopname boven of aan de finish blijft eigenlijk exact hetzelfde", zo sprak hij voor de start.
De Vuelta-organisatie gaf dan toch toe en besloot uiteindelijk - na de officieuze start van de rit - om de tijdsopname op te schuiven naar 9 km van het einde. Aan het begin van het circuit naar de Montjuïc dus.
Allemaal goed en wel? Niet helemaal, want de bonificatieseconden op de top van de Montjuïc blijven behouden. De klassementsrenners kunnen zich dus niet helemaal koest houden.