Sneeuwsport in ons land is allesbehalve een evidentie, maar in Genk hebben ze daar iets op gevonden. Daar liggen sinds kort twee Dry Slope-pistes (kunstmatige pistes) die bedoeld zijn om de Belgische topsportprestaties een duwtje in de rug te geven. Sportweekend ging een kijkje nemen.
De twee pistes bevinden zich in het Kattevennen-gebied in Genk en kosten de Vlaamse regering 4,3 miljoen euro. Dat is geld dat besteed wordt met de hoop om mee te strijden voor eremetaal op snowboardkampioenschappen en de Olympische Spelen.
Dit weekend stond het openingsevent op de Dry Slope in Genk op het programma. De snowboardbond organiseerde een ludieke België – Nederland met dus ook enkele Nederlandse snowboarders die van de partij waren.
"We hebben toptalenten in onze rangen, maar we hebben nu eenmaal geen bergen in ons land", vertelt Vlaams Minister van Sport Ben Weyts. "Deze pistes kunnen een alternatief bieden, want we mikken met ons land op medailles. Ook op de Olympische Spelen."
Seppe Smits (tweevoudig wereldkampioen in de slopestyle) is een van die toppers en hielp met het ontwerpen van de schansen. "Dit biedt geen garantie op succes, maar het is zeker een extra bijdrage aan onze ambities om het goed te doen op internationale toernooien", zegt hij.
"Ik ga deze piste vooral gebruiken om nieuwe tricks uit te proberen. Zo kan ik al voelen wat er gebeurt in de lucht, en land ik steeds zacht."
Dit is een bijdrage aan onze ambities om het goed te doen op internationale toernooien.
Ook Evy Poppe (18) is een van de opkomende Belgische snowboardtalenten. Op de Olympische Spelen miste ze nipt de finale in de slopestyle.
"In de winter zit ik vaak in de bergen in het buitenland, maar vanaf dat het weer beter weer wordt in de lente, kom ik hier wekelijks trainen", vertelt ze. "Ik hoop dat dit een positieve impact heeft en dat de snowboardwereld in België wat groter wordt", besluit Poppe.