Liggen de kasseistroken van Parijs-Roubaix er nu werkelijk zo slecht bij als altijd beweerd wordt? Met die vraag trok onze reporter Bavo Mortier samen met analist Bert De Backer naar het noorden van Frankrijk.
Als ex-profrenner weet Bert De Backer als geen ander hoe het is om over de kasseien van Roubaix te dokkeren. "Hard afzien is een understatement", zegt de man die intussen onze analist geworden is.
Het tweetal begint zijn verkenning vlak voor het Bos van Wallers.
"Meteen gevaarlijk en superzwaar", zegt Bert De Backer terwijl hij met zijn meetlat de diepte van de putten opmeet. "De kasseien liggen er gewoon uit, met gaten tot 14 centimeter diep."
Toeval of niet, maar De Backer staat na 2 kilometer in het Bos van Wallers vooraan en achteraan lek. Het maakt meteen duidelijk dat ook het materiaal te lijden heeft onder de lastige stroken.
Hard afzien is een understatement
"Wat er ook gebeurt, altijd blijven trappen", zo houdt Bert De Backer de moed erin tijdens deze helletocht. Zijn handen liggen volledig open, want er wordt door de meeste renners zonder handschoenen gereden.
Meebollend in het spoor van de Ineos Grenadiers en Jumbo-Visma trekken Bert en Bavo naar de moeilijkste strook van allemaal: Carrefour de l'Arbre.
"Een moordende strook. Met technische bochtjes in het begin die er slecht bijliggen en daar nog altijd putten tot 15cm diep."
Uiteindelijk lukt het ons duo om zijn verkenning af te ronden. Het komt tot een sprintje op de piste van Roubaix, nipt gewonnen door Bert De Backer. "Met het materiaal dat je hebt, heb je dat echt knap gedaan Bavo."